Wil van der Klift (*)
De vooruitgang op Cuba vindt gestaag plaats. Het is met name de Amerikaanse blokkade - nog altijd niet opgeheven - die een snellere vooruitgang in de weg staat. Het nieuwe politieke klimaat maakt inmiddels wel mogelijk dat het eiland in sneltreinvaart handelsbetrekkingen aanknoopt, zoals met Nederland. Een grote delegatie van Nederlandse ondernemers in het kielzog van minister Ploumen bezocht Cuba op zoek naar nieuwe handelsbetrekkingen. Niet toevallig nu de diplomatieke betrekkingen tussen Cuba en de VS verbeteren. Nieuwe mogelijkheden doemen op voor multinationals als Philips, Unilever en Heiningen, maar ook tal van kleinere bedrijven en organisaties.
Nederland is de op één na grootste Europese handelspartner van Cuba, met een export van 107 mln euro en een import van 120 mln euro. Het is de bedoeling dat beide landen gaan samenwerken op het gebied van toerisme, landbouw en logistiek. Unilever bouwt op Cuba voor 235 mln een fabriek voor Omo, Rexoma, Lux en andere merken. Allemaal producten waarop de Cubaanse bevolking wacht. Unilever versterkt hiermee haar positie op het eiland. Op deze manier hoopt Cuba zijn import van fabricaten te kunnen reduceren en banen te creëren. De fabriek komt te staan in een speciale bedrijvenzone voor buitenlandse investeringen en innovatie.
Het socialistische systeem, ofwel 'de Cubaane Revolutie', zal voortleven als Cuba zich op deze wijze verder weet te ontwikkelen, ondanks tal van drempels die moeten worden overwonnen. Het overtuigen van de jeugd is daarbij een belangrijke opdracht. Maar ondanks het feit dat jongeren uitkijken naar internet, laptops en mobiele telefoons, begrijpt het overgrote deel dat die voorzieningen voor iedereen toegankelijk moeten zijn, niet slechts voor een kleine groep. En dat zal gaan als de regering daarvoor voldoende geld heeft, na het opheffen van de blokkade.
Inmiddels zijn de ambassades in Washington en Havana heropend en is er een akkoord bereikt over het hervatten van lijnvluchten tussen de twee landen.
Er wordt nog stevig onderhandeld over de teruggave van Guantánamo en de opheffing van de blokkade. Washington wil vooral dat Havana de economie liberaliseert. Voor de meeste Cubanen is dat niet de hoogste prioriteit. Zij willen dat de Amerikaanse blokkade, die het land sinds begin jaren zestig economisch wurgt, snel opgeheven wordt.
Op Cuba is het volk aan de macht. Buurtcomité's, studentenorganisaties, vrouwenorganisaties en andere sociale bewegingen dragen kandidaten aan voor de provinciale en nationale parlementen. Op gemeenteniveau mag iedereen zich kandidaat stellen. Op deze manier staat de politiek heel dicht bij het volk. Bovendien wordt de bevolking bij alle belangrijke politieke en economische kwesties geraadpleegd voor de regering een besluit neemt.
de samenleving niet in gevaar moet komen. De Amerikanen proberen al jaren om op Cuba hun politieke ideeën door te drukken. Westerse bedrijven willen al jaren politieke partijen financieren om hun belangen te vertegenwoordigen. Het toestaan van meerdere partijen zou zelfmoord beteken.
De oudere garde weet uit eigen ervaring hoe de situatie op Cuba was voor de revolutie. Voor de zegevierende revolutie was het een bittere ellende. Bijna de helft van de bevolking was analfabeet, mensen stierven omdat ze geen dokter konden betalen. Niemand sterft meer van de honger en het voorzieningenniveau is beter dan in de meeste Latijns-Amerikaanse landen. Dat er nog grote tekorten zijn is het gevolg van de blokkade. Zodra die is opgeheven kan Cuba zich razendsnel economisch ontwikkelen met zijn hoogopgeleide bevolking.
'Het Vaderland is menselijkheid' staat er op veel muren op Cuba. Deze tekst vat de verworvenheden van de Revolutie precies samen. Op Cuba kom je een menselijke waardigheid tegen die uniek is. Uiteraard wordt in een land als Cuba waar door de blokkade een tekort is van tal van basisartikelen het nodige 'geritseld'. Er is ook hier en daar sprake van corruptie, maar er is weinig geweld en criminaliteit, anderen worden niet gezien als concurrenten. Mensen helpen elkaar zonder winstbejag.
Het is goed dat de relatie met de VS verbetert. De revolutie is niet statisch, maar door vast te houden aan de revolutie kan er voor worden gezorgd dat er geen maatschappij ontstaat waarin het kapitaal weer de dienst uitmaakt. De Batista-aanhang is weg en mag nooit meer terugkomen. De westerse invloed moet daarom niet teveel ruimte krijgen.
(*) een bewerking van een badinerend artikel in de Volkskrant van Marjolein v.d. Water in de Volkskrant van 3 januari jl.