Het aantal werklozen nam op papier in januari af met 14.000 personen. Er waren toen 574.000 werklozen. Van de beroepsbevolking was 6,5 procent werkloos. Maar van de 4,4 miljoen mensen tussen de 15 en 75 jaar zonder betaald werk zijn 3,8 miljoen mensen niet op zoek naar werk. De teruggang van de afgelopen maanden is dus minder mooi dan het lijkt: het grootste deel ervan ontstond doordat mensen zich niet meer aanmelden op de arbeidsmarkt. Van de 14.000 mensen die volgens de statistieken gemiddeld elke maand niet langer werkloos zijn, vinden er slechts 6000 nieuw werk. De overige 8000 mensen worden als niet-werkloos geregistreerd alleen omdat ze niet langer naar een baan zoeken! (Bron: FD, 19-02-2016)
In 2015 vonden gemiddeld 300.000 mensen per kwartaal een baan. Zeven op de tien mensen die in 2015 een baan vonden en geen onderwijs volgden, gingen aan de slag in flexverband. Daarmee is de flexibilisering verder toegenomen ten opzichte van 2005, toen ongeveer 65 procent begon in een flexbaan. Het CBS ziet de baanzekerheid ook afnemen als het gaat om het aantal uren dat mensen kunnen werken in hun nieuwe baan. De meesten vonden afgelopen jaar een deeltijdbaan tussen de 12 uur en 35 uur per week, 37 procent vond een voltijdbaan - tegenover 42 procent in 2005. Het meest voorkomende baantje is schoonmaker. Gemiddeld kwamen er tienduizend per kwartaal bij. Ruim één op de tien laagopgeleide werkzoekenden wordt schoonmaker. Ook middelbaar opgeleiden gaan het vaakst als schoonmaker aan de slag. In 2005 was dat nog het beroep administratief medewerker. (Bron: FD, 24-02-2016)
In het vierde kwartaal van 2015 steeg het aantal uitzenduren met 3,6 procent ten opzichte van het kwartaal ervoor. Dit is de sterkste stijging in vijf jaar. Zowel de uren in de langlopende (+4,1%) als in de kortlopende contracten (+2,7%) stegen sterker dan in het voorgaande kwartaal. De ontwikkeling van de kortlopende uren loopt doorgaans voor op die van de rest van de arbeidsmarkt. Vergeleken met 2014 steeg in 2015 zowel het totaal aantal uitzenduren als de omzet van de uitzendbranche aanzienlijk. Het totaal aantal uren steeg met 9,4 procent en de omzet met 10,2 procent. In 2014 nam het aantal uren met 6,6 procent en nam de omzet met 5,5 procent toe. Vooral in de uitzendbranche nam de werkgelegenheid dus sterk toe. (Bron: FD, 01-03-2016)
Het aantal bijstandsgerechtigden blijft groeien. Eind vorig jaar waren het er 450.000, een toename van 16.000 vergeleken met het jaar ervoor. Vooral meer jongeren en 45-plussers zijn in 2015 in de bijstand terechtgekomen. In 2015 bestond de grootste groep instromers uit 45-plussers, namelijk 11.000. Werkzoekende 45-plussers hebben het moeilijk op de arbeidsmarkt. Eenmaal in de bijstand is een terugkeer naar werk lastig. Het beroep op de bijstand in deze groep is niet kleiner geworden. Het aantal jongeren tot 27 jaar met bijstand is met vierduizend gestegen. In 2014 bleef het aantal jeugdige bijstandsontvangers nagenoeg gelijk. Deze stijging komt deels door de instroom van jongeren die gedeeltelijk arbeidsongeschikt zijn, zo'n tweeduizend tot drieduizend. Met de invoering van de Participatiewet in 2015 is de toelating tot de Wet werk- en arbeidsondersteuning jonggehandicapten (Wajong) beperkt. Bijna de helft van alle bijstandsgerechtigden zit drie jaar of langer in de bijstand. Een op de zes is tenminste negen jaar afhankelijk van bijstand. Het gaat om mensen die gemiddeld een laag opleidingsniveau hebben. (Bron: FD, 01-03-2016)
Jongeren slikken vaker antidepressiva, blijkt uit cijfers van de Stichting Farmaceutische Kengetallen, die alle gegevens over medicijnen bijhoudt. Het belangrijkste antidepressivum is de selectieve serotonineheropnameremmer (SSRI). Volgens de stichting kregen vorig jaar 17.000 mensen onder de 2l dat middel, 40 procent meer dan in 2007. Bij andere middelen ziet de SFK 'geen daling'. Experts wijten in Zembla de stijging aan veranderingen in de jeugdzorg. Gemeenten zijn daar nu verantwoordelijk voor. Hulpverleners hebben het druk en dan zijn medicijnen een snelle en makkelijke oplossing. (Bron: NRC, 10-02-2016)
Voor het negende jaar op rij stijgt de gemiddelde leeftijd waarop werknemers met pensioen gaan. Tussen 2006 en 2015 is die opgelopen van 61 jaar naar 64 jaar en vijf maanden. In 2015 was de gemiddelde pensioenleeftijd vier maanden hoger dan een jaar eerder. Begin deze eeuw lag de gemiddelde pensioenleeftijd op 61 jaar. In 2007 begon die leeftijd te stijgen, onder invloed van regelgeving en wetswijzigingen die als doel hadden werknemers langer te laten doorwerken. Ook de verhoging van de AOW-leeftijd vanaf 1 januari 2013 speelt een rol. In 2015 lag de AOW-leeftijd op 65 jaar en drie maanden, in 2016 wordt dat 65 jaar en zes maanden. (Bron: FD, 02-03-2016)
Het percentage voor arbeidsongeschiktheid verzekerde zelfstandigen is tussen 2011 en 2013 gedaald van 23,4 procent tot 2l,9 procent, blijkt uit cijfers van het CBS. De statistici kijken naar 800.000 zzp'ers die voor hun hoofdinkomen afhankelijk zijn van ondernemen. Jongeren zijn het minst vaak verzekerd tegen arbeidsongeschiktheid: slechts 12 procent van de zzp'ers tot 25 jaar betaalt AOV-premie. In de leeftijdsgroep 25 tot 45 jaar is een kwart verzekerd, en bij de groep tot 65 jaar ligt dat percentage rond de 22 procent. Boven de 65 heeft nog slechts 1 procent een AOV. Uit onderzoek bleek eerder dat 60 procent van de onverzekerde zelfstandigen een polis te duur vindt. Daarbij speelt mogelijk ook mee dat de markt niet transparant en onvolwassen is. (Bron: FD, 08-02-2016)
Zo'n 31.000 mensen in Nederland waren vorig jaar dakloos, 13.000 meer dan in 2009. Vermoedelijk is er verband met de economische crisis. Het aantal daklozen steeg het sterkst in 2009 en 2010 in de eerste jaren van de malaise. Ook kunnen bezuinigingen op de geestelijke gezondheidszorg een rol spelen. De daklozen zijn vooral mannen, ruim 25.000. Van de daklozen was vorig jaar 43 procent van niet-westerse herkomst. Zij trekken vooral naar de de vier grote steden. (Bron: NRC, 03-03-2016)