Wiebe Eekman
Dos Winkel is een Nederlander die in België woont, maar de wereld rondreist. Van amateurduiker werd hij een professionele onderwaterfotograaf. Die jarenlange ervaring kneedde hem tot een begenadigd spreker en activist zeebeschermer. Nodig deze activist, die medeoprichter is van de Sea First Foundation, gerust uit voor een spreekbeurt. Ik raad sterk zijn werk 'De Huilende Zee' aan. Ik steun hierop voor dit artikel.
Mijn belangrijkste opmerking tegen zijn betoog: het is niet zo zeer de toegenomen wereldbevolking, die steeds meer vlees en vis eet (en vis wordt ook massaal aangevoerd als veevoeder), die het probleem is. Eerder de steeds grotere machtsconcentratie van de visvangst en visindustrie in grote bedrijven die hoog winstbejag boven alles stellen en alle wetenschappelijke waarschuwingen, hoe dringend ook, in de wind slaan. Zoals Dos Winkel ook aantoont in zijn werk.
Ondertussen weet iedereen dat de uitstoot van broeikasgassen de bron van onze klimaatontaarding is. Dat brengt abnormale warme winters in onze streken, toegenomen stortbuien, afgewisseld door droogtes in de zomer. Dat betekent dat onze hele infrastructuur van steden aangepast moet worden en dat we problemen krijgen in onze landbouw.
De uitstoot van CO2 komt door verbranding van fossiele brandstoffen, steenkool, petroleum, aardgas en ook afvalverbranding. De koolstofkringloop is zwaar verstoord. Eind 2015 oversteeg het gehalte CO2 in de atmosfeer de grens van 400ppm. Plantengroei absorbeert door fotosynthese CO2 uit de lucht. Door de toenemende ontbossing wereldwijd, vermindert dit. Tegelijk wordt het belang van de wereldzeeën steeds groter voor de absorptie van het teveel aan CO2 uit de atmosfeer. Zij leveren nu veel meer dan de helft van de werkelijke absorptiecapaciteit. Tegelijk zorgen de wereldzeeën voor meer dan 70 procent voor de heraanvulling van de levensnoodzakelijke zuurstof naar de atmosfeer. Dit is een ecosysteem van wereldbelang.
Verzuring en opwarming doodt het leven in de zee CO2 wordt in de zee geabsorbeerd door twee verschillende fenomenen. Door fotosynthese in het plantaardig plankton, minuscule plantjes en algen, in de bovenste lagen zeewater waar het zonlicht doordringt. Dat is de basis van de voedselketen in heel de zee tot grote diepte, evenals voor het vogelbestand op zee en op het strand.
Het teveel aan CO2 in de atmosfeer wordt eveneens chemisch in het water geabsorbeerd. Met een verzurend effect tot gevolg. Alle zeedieren die een kalkskelet hebben krijgen het heel moeilijk om verder te groeien, want in zuurder water lost kalk op. We hebben het over alle schaaldieren. Mosselen groeien al een kwart minder snel dan vroeger. Maar we hebben het ook over zeesterren, zee-egels, koralen, dierlijk plankton en sommigealgen.
De laatste tien jaar werd vastgesteld dat de opwarming van de onderste atmosfeerlagen overgedragen wordt op de bovenste waterlagen. De opwarming van de zee is tegenwoordig meetbaar doorgedrongen tot ruim 700 meter diep. Warmer water kan minder zuurstof in oplossing houding. Zo is in de warmere zones aan de tropen minder plankton aanwezig. Die zones breiden nu uit tot een dikke 10 procent van de zeeoppervlakte.
De koraalriffen kunnen daar niet tegen. Koralen zijn een symbiose van dierlijke poliepen met een uitwendig kalkskelet en gespecialiseerde algen die de kleur aan het koraal geven en nutriënten uit het water halen en beschikbaar maken voor de poliepen. Door de opwarming boven de 30 graden Celsius sterven de algen, wat vaak het 'verbleken' van het koraal genoemd wordt. De veiligheidsgrens voor verzuring wordt gezet op 320ppm CO2 in het water. Bij 360ppm begint de oplossing van de kalkskeletten. Je weet dat in de atmosfeer ondertussen het gehalte al over de 400ppm is.
Het afsterven van het koraal is tevens de vernietiging van hele biotopen aan vissen en planten en alles wat zich daarmee verder voedt.
De instorting van het visbestand maakt het allemaal erger Elk ecosysteem is een complex samenspel van opbouw- en afbraakfenomenen. Binnen bepaalde grenzen kan een ecosysteem zich zo in stand houden. Hoe zou het teveel aan CO2, dat het zeewater verzuurt, weer verwijderd kunnen worden? Wel, het zijn de vissen die het doen. Vissen ademen via hun kieuwen en krijgen tegelijk een te grote dosis zout binnen, vaak in de vorm van calciumchloride (Nee, keukenzout of natriumchloride is lang niet het enige zout in zee). Dat verwijderen zij door reactie met CO2 en vorming van calciumcarbonaat of CaCO2. Plat gezegd, de vissen schijten de verzuring weg.
Door overbevissing en tegelijk vernietiging van de biotopen waar de jonge vis moet opgroeien, is het visbestand wereldwijd ingestort. Een paar cijfers: Het Europese visbestand is voor meer dan 88 procent overbevist, ondanks de ingestelde quota. De kabeljauw zou in de Noordzee weer beter zijn, wordt er gezegd, maar dat is toch nog maar 1 á 2 procent van wat het in de jaren '50 was.
Wereldwijd is het bestand aan roofvissen nog maar 10 procent van wat het was. Die grote roofvis, ons bekend van een broodje tonijnsla, is aan het uitsterven. Nog erger dan de Siberische tijger. Maar toch gaat het vissen door. Met een overmatige bijvangst aan haaien, zeeschildpadden, dolfijnen en zelfs albatrossen... Europese vissers hebben het haaienbestand ook voor 70 procent om zeep geholpen om haaienvinnen te leveren aan China. Dat brengt veel op. Al goed dat de Chinese regering het eten van dure haaienvinnensoep als onfatsoenlijk bestempelt in tv-spotjes.
Laten we alert zijn. Bijna al die algemene gezondheidsadviezen zijn ingegeven door commerciële belangen. Wie gevarieerd eet,heeft geen toevoegingen nodig. Bovendien is omega-3 van plantaardige oorsprong. Je vindt het ook heel veel in noten en lijnzaadolie. Vissen maken geen omega-3 aan. Ze krijgen die binnen met het eten van plantaardige algen. En vette roofvissen zoals makreel concentreren dat door het eten van andere vissen.
Tegelijk opent Dos Winkel ook de ogen voor de concentratie van dioxines en zware metalen als kwik in vis. Volgens een studie van de Gentse Universiteit in 2008 komt meer dan de helft van de menselijke inname van het toxische dioxine in onze streken door eten van vis, dat maar 1 á 2 procent van onze voedselvolume uitmaakt. Om over na te denken niet?
Artikel manifest 2016, 3 maart.