Rinze Visser
Als je de huidige politieke situatie in beschouwing neemt, dan stel je jezelf wel eens de vraag wanneer een bepaald politiek klimaat is ontstaan. Was het een uitspraak van een of andere minister of staatshoofd die er toedeed? Was het een krantenbericht of een gebeurtenis die richting politieke verandering dreef? Niet te ontkennen valt dat personen of gebeurtenissen een niet onbelangrijke rol kunnen spelen, maar toch is het belangrijker om naar het geheel van gebeurtenissen in het kader van de maatschappij-ontwikkeling te kijken.
Wanneer kwam de privatisering van publieke diensten op? Wanneer begon de individualisering en het promoten van het individualisme? Wanneer de aanvallen op de posities van de arbeidersklasse, arbeidsvoorwaarden en veel andere sociale rechten?
Als we ervan uitgaan dat de klassenverhoudingen en daarmee de voortdurende klassenstrijd de belangrijkste factoren zijn dan kan er nooit een precies tijdstip van verandering in de verhouding tussen de klassen aangegeven worden. Als we aannemen dat in een periode van vooruitgang in bescherming van de arbeidersbevolking tegen uitbuiting ook al de symptomen van achteruitgang - vaak nog niet echt zichtbaar - aanwezig zijn, dan zitten we er zeker niet naast. Zo ook dat in als progressief gekenmerkte standpunten en uitspraken in een bepaalde periode zich al een reactionaire politiek ontwikkelde.
Zo zat ik wat te bladeren in afschriften van partijstukken uit mijn eigen omgeving, in de hoop wat meer helderheid te krijgen over het hier aangesneden onderwerp. Toen viel mijn oog op CPN-bedrijfskranten en pamfletten van het district Friesland en de afdeling Lemmer uit de jaren zeventig van de vorige eeuw. Zo is er te zien dat er in die tijd volop actiegevoerd werd en moest worden. Tegen aantasting van de koopkracht, tegen sluiting van en massaontslagen bij bedrijven, tegen pogingen van afbraak van sociale voorzieningen. Een pamflet gericht aan de arbeiders van de zuivelfabrieken in Wolvega en Dronrijp vangt aan met: "Het is terecht dat de zuivelwerkers en hun bonden de actie hebben aangekondigd om de ondernemers op de knieën te dwingen. Door de loonmaatregel en de prijsstijgingen is de koopkracht van de werkers reeds teveel uitgehold".
In een CPN-bedrijfskrant wordt aandacht besteed aan de havenstaking in Rotterdam, de eerste financiële resultaten van solidariteit met de stakers uit Friese plaatsen en bedrijven werden gemeld. Ook werd geschreven dat na jarenlange loonmatiging onder de valse leus dat deze werkgelegenheid op zou leveren, is gebleken dat dit bedrog is. Dat de regerings- en ondernemersleus 'winst is werk' een grove leugen is. In een bij Philips in Drachten uitgebrachte CPN-bedrijfskrant wordt het zó gezegd: "Meer winst is minder werk is meer winst" Een ander uitgebracht pamflet roept de mensen in de bedrijven op massaal gehoor te geven aan de oproep van de FNV tot het neerleggen van het werk en te demonstreren tegen de ondernemers en de regering die een loonmaatregel willen doorvoeren en de prijscompensatie af willen schaffen. Afdelingspamfletten van de CPN-afdeling Lemmer bij bedrijven die met sluiting bedreigd worden: een scheepswerf in Lemmer, een zuivelfabriek en een metaalbedrijf in Oosterzee.
Zo zie ik een CPN-buurtpamflet tegen een aangekondigde huurverhoging. In het kader van de zgn. huurharmonisatie waren huurverhogingen van 10 à 11 procent schering en inslag. Zo staat er: "Deze zeer hoge percentages hebben tot doel het huurpeil van alle woningen op te drijven naar het peil van de peperdure allernieuwste woningen". Een CPN-pamflet, gericht aan personeel en bezoekers van het GAK in Leeuwarden, waarin staat dat de Tweede Kamer 'morgen' 14 wetten bespreekt waarin ingegrepen wordt in de beurs van 1,5 miljoen bejaarden, 550.000 arbeidsongeschikten (WAO en AAW), 200.000 bijstandsgerechtigden (Algemene Bijstandswet), 80.000 langdurig werklozen en 400.000 werknemers die van het minimumloon moeten rondkomen. "Er worden regelingen teruggedrongen die door jarenlange strijd zijn verworven", staat er. Bijna 30 jaar geleden. Toen waren ze niet van gisteren.
Zeker in de zeventiger en tachtiger jaren van de twintigste eeuw, nog ver voor de grote omslag, de tijd van de vele bedrijfssluitingen en acties daartegen, was men al bezig met het terugdringen van sociale voorzieningen en rechten. In een gezamenlijk schrijven van de CPN-afdelingen Noordwolde, Heerenveen, Gorredijk en Jubbega naar aanleiding van een gehouden hoorzitting over de provinciale nota 'Planning Bejaarden' van zo'n 30 jaar geleden staat: "(...) Van vele kanten is immers bevestigd dat de bezuinigingen in de vorm van de 7%-norm opdat bejaarden langer in hun eigen woning zouden kunnen blijven wonen, in scherpe tegenstelling staat tot bezuinigingen op andere terreinen waardoor dit onmogelijk wordt gemaakt, zoals bezuinigingen op bejaardenhulp, bijstandsvoorzieningen, gezondheidszorg etc. Door dit laatste worden veel bejaarden juist gedwongen een aanvraag in te dienen om opgenomen te worden in een bejaardencentrum, wat nu juist een verruiming van het opnamebeleid vereist. De scherpe kritiek op de nota betekent evenwel nog niet dat de 7%-norm van de baan is. Deze norm is niet in Friesland uitgevonden! Deze norm is van Haagse makelij en, gezien de plannen van de regering tot extra drastische bezuinigingsoperaties, is het nodig dat het verzet tegen deze onzalige norm - die slechts uitgaat van kostenaspecten en niet van aantoonbare behoeften - verhevigd wordt (...)".
Ook toen al werd uitgegaan van de schijnaanleiding dat ouderen zo lang mogelijk zelfstandig in hun eigen huis willen blijven wonen. Dat het niet allereerst om een bezuiniging en afname van sociale rechten gaat, maar om tegemoet te komen aan de wens van de ouderen zelf. Bij het lezen van dit schrijven is de herkenning met 2016 groot.
In een gemeentelijke enquête van dit jaar wordt de stelling dat ouderen graag thuis willen blijven wonen en liever niet naar een verzorgingshuis willen - ja, wie wil dat niet! - als uitgangspunt genomen. Met veel voorbeelden is aan te tonen dat wat nu 'neoliberalisme' genoemd wordt, niet meer en niet minder dan het 'moderne' liberalisme is en niet, zoals gesuggereerd, terug is van weggeweest. Wat wel op te maken is uit een blik op de recente geschiedenis, is dat het streven naar het ontmantelen van sociale verworvenheden van de arbeidersklasse toen veel obstakels moest overwinnen. Zoals acties onder de bevolking, op de bedrijven, aarzelingen bij de sociaaldemocratie.
De versnelling is ingezet na de val van de socialistische staten in Oost- Europa en de Sovjet-Unie. Samenvallend met namen als Reagan, Thatcher, de economen als Milton Friedman en jazeker, ook Gorbatsjov mag in dit rijtje van figuren genoemd worden. De geschiedenis is de geschiedenis van de klassenstrijd, met al zijn bewegingen. Maar al jaren terug waren de grote ondernemers met hun regeringen, wat betreft hun politiek van aanslagen op de verworven posities van de arbeidersbevolking, al niet van gisteren. De genoemde voorbeelden zijn wel 'van gisteren'.