Zoltan Zigedy
De Wall Street Journal noemt ze de "vergeten Amerikanen". Anderen zien hen als racistisch en xenofoob. In 2008 karakteriseerde de toen nog presidentskandidaat Obama ze als volgt: "En het is dan ook niet verwonderlijk dat ze verbitterd raken, zich vastklampen aan geweren of religie of antipathie tegenover mensen die anders zijn dan zijzelf, of grijpen naar sentimenten tegen immigranten of tegen internationale handel als een manier om hun frustraties te verklaren." Of ze nou zijn vergeten, afgeschreven of gedemoniseerd, de 'blanke arbeidersklasse' is ontdekt tijdens de huidige verkiezingsvoorbereidingen in de VS.
Zoals bij iedere nieuwe soort het geval is verdringen onderzoekers zich om de 'blanke arbeiders' te onderzoeken, te ontleden en te analyseren. Geleerden ontwikkelen theorieën over hun gewoonten en kenmerken. Politici zoeken naar aanknopingspunten om hun stemmen te winnen.
Je zou kunnen zeggen dat geen enkele sociale groep zo intensief onder de sociologische microscoop is gelegd sinds de VS-elites en hun intellectuele hovelingen de Afrikaanse Amerikanen 'ontdekten', zo'n zestig jaar geleden. 'Klasse', net zoals 'ras', moet zich op het podium hijsen voordat zij wordt opgemerkt.
In het geval van de 'blanke arbeidersklasse' leidden de verrassende successen van Bernie Sanders aan de linkerzijde en Donald Trump aan de rechterzijde tot deze hernieuwde belangstelling. Van deze successen wordt aangenomen dat zij, gedeeltelijk, zijn te danken aan 'blanke arbeiders'.
Een decennium geleden werd algemeen aangenomen dat er in de VS geen arbeidersklasse was, alleen een grote middenklasse en de armen. Gevoed door sociaal wetenschappers, een groot deel van de politici en vakbondsfunctionarissen overheerste het beeld dat, naast de zeer rijken, iedereen in de VS behoorde tot ofwel de middengroepen of de armen. Deze illusie begon natuurlijk te wankelen tijdens de nasleep van de crash van 2008 en de daaropvolgende economische stagnatie. En de rebellie tegen de door het bedrijfsleven gesteunde model presidentskandidaten, tijdens de voorverkiezingen in 2016, toonde een klassenverdeeldheid die moeilijk past binnen het harmonieuze beeld van één grote klasse, met enkele marginale uitschieters aan beide uitersten.
De verkiezingscampagnes in 2016 hebben zeker de illusie onderuitgehaald dat de VS grotendeels een klassenloze maatschappij is. En nu worstelen de VS- elites en hun opiniemakende hielenlikkers om de 'blanke arbeidersklasse' te 'vinden'. Sommigen verwijzen ernaar met de term "blanke mannen zonder hogeschool opleiding [college degree]", anderen hebben het over "blanke mannen van middelbare leeftijd". Het Brookings Institute maakt een kleine, maar verwarde stap richting een dieper inzicht, door een aanvullend kenmerk toe te voegen, namelijk "per uur of per opdracht worden betaald in plaats van een salaris ontvangen."
De vulgaire, grove karakteriseringen bereiken een hoog niveau van stereotypering en onwetende eenvoud: "Bovendien, de politieke opvattingen die hen aanspreken, zoals bombastische aanvallen op de Mexicanen, moslims en Megyn Kelly, kunnen minderheden en hoog opgeleide blanken, in het bijzonder vrouwen, afschrikken."
Net zoals de massamedia hebben geleid tot karikaturen van Afro-Amerikanen, creëren de media en cultuur- en entertainmentbedrijven een onflatteus beeld van blanke burgers uit de arbeidersklasse. Waar zwarte mensen zijn opgezadeld met het imago van geweld, luiheid, promiscuïteit en criminaliteit, worden blanke arbeiders afgeschilderd als bevooroordeeld, sociaal, cultureel en intellectueel achtergebleven, bijgelovig en conservatief.
Op basis van bekende 'getto'-films, hysterische praat op de radio en de door criminaliteit geobsedeerde nieuwslezers zou men niet kunnen weten dat Afrikaanse Amerikanen een belangrijk deel vormen van de werkende klasse in de VS, stabiele huishoudens onderhouden en hard werken voor een beter leven. In het verlengde daarvan: blanke werkers zijn noch geweerfanaten noch Bijbelfanatici. De meeste witte werkers vallen geen homo's aan, misbruiken niet hun vrouw en kinderen, vernietigen geen moskeeën en lynchen geen zwarte mensen. Beide karikaturen zijn onderdeel van de ballast gecreëerd door de elites, met inbegrip van de liberale elites.
De algemene opvatting die wordt verspreid door de massamedia is dat blanke arbeiders de electorale basis vormen voor Donald Trump, terwijl in werkelijkheid het gemiddelde gezinsinkomen van de belangrijkste groep Trump-stemmers op dit moment 72.000 dollar is. Feitelijk zijn de nationalistische, anti-immigranten-sentimenten die worden geassocieerd met Trump eerder typerend voor de kleinburgerij dan voor de blanke arbeidersklasse.
De media-elite, wetenschappers en politici, willen het niet hebben over het latente verzet van de blanke arbeidersklasse. Een grote meerderheid van de blanke werkers gelooft dat de VS de verkeerde kant opgaan, Een opvatting die niemand zou moeten verbazen, gezien het feit dat het gemiddelde gezinsinkomen in de VS sinds 2000 met 7 procent is gedaald. Maar helaas toont de huidige crisis van politieke geloofwaardigheid dat de blanke arbeiders, net als de rest van de bevolking, nog geen uitweg hebben gevonden.
Sociale wetenschappers hebben een begin gemaakt met de erkenning van de tol die de plundering door bedrijven heeft geëist van de werkende klasse en niet in de laatste plaats van de blanke werkende klasse. De sterftecijfers, in het bijzonder ten gevolge van alcoholisme, drugsmisbruik en zelfmoord, zijn sterk gestegen onder blanke werkers. De instituten die voorheen een bepaalde mate van privileges hanteerden voor blanke werkers, in ruil voor hun inschikkelijkheid en volgzaamheid, hebben hen in de steek gelaten. De Democratische Partij, bijvoorbeeld, is zo door en door gecorrumpeerd door geld van het bedrijfsleven dat er weinig meer overblijft dan wat symbolische bedragen voor de belangen van arbeiders van iedere etniciteit.
Ja inderdaad, er is een element van het verlies van vroegere privileges die de woede en wanhoop van de blanke werkende klasse voedt. Tegelijkertijd zijn de economische voordelen die de blanke van de zwarte werkers in het verleden scheidden in vele sectoren afgenomen, wat een zeldzame kans biedt om arbeiders te verenigen tegenover hun gezamenlijke vijand. Totdat linkse organisaties en vakbondsorganisaties die taak op zich nemen kan rebellie binnen de werkende klasse net zo makkelijk leiden tot valse vriendschappen en bombastische demagogen.
Niets toont de afstand van de hogere klassen tot de realiteit van het dagelijkse leven van de werkende klasse beter dan de recente mediafascinatie voor het boek van Hillbilly Elegyby J.D. Vance. Hij is één van hen (hij heeft een hoge positie in een investeringsmaatschappij), en onthult zijn ongelukkige jeugd in een arbeidersgezin aan 'boekenclub'-liberalen en 'countryclub'-conservatieven.
De stereotypen versterkend onthult Vance een disfunctionele jeugd en hoe hem de ondergang is bespaard gebleven doordat hij zich aansloot bij het Marinekorps, een dienstopdracht uitvoerde bij de Staatsuniversiteit van Ohio en hoe hij is opgeklommen tot de opleiding aan de Yale Law School. Neerkijkend vanuit de verheven hoogte van Yale voelt hij zich gekwalificeerd om te spreken over "de woede en frustratie van de witte werkende klasse" en de honger om "iemand te hebben die hun verhaal vertelt." Het 'van armoede naar rijkdom verhaal' van de 31-jarige investeringsverantwoordelijke verkondigt dat "mensen zichzelf verantwoordelijk moeten houden voor hun eigen gedrag en keuzes. Diegenen onder ons die niet alle voordelen hebben gekregen kunnen betere keuzes maken, en die keuzes hebben de macht om onze levens te beïnvloeden"...
In de biografie van Vance zijn ook echo's te lezen van de vele 'getto'-verhalen die het leven van zwarten, zonder uitzondering, afschilderen als disfunctioneel en onverdraaglijk afschuwelijk. Alleen in dit geval gaat het over een blank, tot de arbeidersklasse behorend gezin, doordrenkt van alcoholisme en bedreigd door zinloos geweld.
Dit beeld dat wordt gecreëerd, zoals in de titel van het boek het afschilderen van blanke arbeiders als 'hillbillies', is bijzonder beledigend voor iedereen die is opgegroeid in een arbeidersfamilie of -gemeenschap. Vance's verslaafde moeder en soms afwezige vader zijn niet uitzonderlijker of juist vaker voorkomend in blanke gezinnen behorend tot de arbeidersklasse dan in andere gezinnen met een andere etniciteit of een andere socio-economische klasse. Als je gelooft dat dat wel het geval is dan geef je voeding aan de lelijke monsters van racisme en klasse-arrogantie, het tweekoppige beest dat wordt gekoesterd door iedere heersende klasse.
Als je opgroeit in een arbeidersgemeenschap dan zie je de verwoestende effecten van uitbuiting, de verdeeldheid door racisme en de wanhoop door werkloosheid en armoede. Natuurlijk, dit bevordert schadelijk en contraproductief gedrag. Dit verwoest de levens van velen. Maar dat wordt niet verholpen door zelfhulp-dooddoeners, zoals Vance voorstelt.
Het kapitalisme produceert en reproduceert ellende op grote schaal, die mogelijk niet meer zo ongelijk verdeeld zal zijn als voorheen het geval was. Terwijl Afro-Amerikaanse werkers voortdurend en niet aflatend slachtoffer zijn van racistische praktijken en de toegang wordt ontzegd tot sommige ambachtsvakbonden, biedt het kapitaal vandaag de dag blanke arbeiders weinig privileges voor het steunen en tolereren van racistisch beleid.
De crisis in de global economie heeft de levensstandaard van werkers verwoest, ongeacht 'ras' of 'gemaakte keuzes'.
De toekomst ligt in handen van diegenen die verdeeldheid en stereotypering door de elite verwerpen en zich verenigen om te strijden tegen hun gezamenlijke vijand.
Bron: (ZZ's blog), 4 augustus 2016, vertaling J.Bernaven.