Zoltan Zigedy
Het is geen verrassing dat het weekblad 'The Nation' [1] de presidentscampagne van Hillary Clinton steunde (24-10-16). Als toonaangevend links-liberaal weekblad verkondigde The Nation eerst nog wat hoogstaande principes, voordat het blad zich overgaf aan het establishment van de Democratic Party. Het is altijd interessant om te zien hoe ze tot zo'n overgave komen.
Natuurlijk gaat het allemaal om Trump. "Hij staat niet aan onze kant." Als verklaring van het voor de hand liggende, is die bewering ongeëvenaard. Maar staat Clinton wel aan onze kant?
De redacteuren van The Nation hebben een overzicht in elkaar gezet met verdraaide informatie over Clinton's pluspunten en Trump's minpunten, waarbij de waarheid flink is opgerekt, ongemakkelijke feiten opzij zijn geschoven en het irrelevante feiten regent.
"Onder druk toont zij gratie", vertelt het blad ons. Sinds 1992 is zij "een krachtige pleitbezorger voor hervorming van de gezondheidszorg." En vanuit een wanhopige fantasie, vertelt het blad: "ze beweegt zich op het meest progressieve platform in de moderne geschiedenis van de Democratische Partij."
De bewering van Trump, aan de andere kant, dat er met de verkiezingsuitslagen zou worden gefraudeerd, "is een aanslag op de basis van de democratie zelf." De verkiezingen zijn dus niet gemanipuleerd in het voordeel van de rijken, blanken en machtigen?
Met een verbazingwekkende daadkracht schuiven de redacteuren Clinton's verbond met bedrijven en buitenlandse tirannen terzijde, een verbond dat is bezegeld met tientallen miljoenen dollars, nauwelijks verholen tegenprestaties. Ze beweren dat "progressieven haar voortdurend weg zullen moeten houden" van deze rijke en machtige weldoeners.
Wat betreft haar havikachtige buitenlandse beleid geeft The Nation toe dat Clinton het fout heeft op alle fronten, van Palestina tot Rusland en Syrië. Hoewel het schijnbaar "haar bedoeling is om de Nieuwe Koude Oorlog te verdiepen" worden we uitgenodigd om haar "havikachtige gewoonten te doorbreken", alsof haar rol met betrekking tot duizenden doden vergelijkbaar is met stoppen met roken of een gewichtsafname.
Presidentskandidaat Jill Stein [2] is de vlieg in The Nation's zalf [nvdr: zalf bederft als er een dode vlieg in zit]. Zij heeft al de progressieve aspecten die mevrouw Clinton niet heeft. Zij neemt het op tegen de oorlogszuchtige houding van de bedrijven, in plaats van met hen mee te bewegen. In dit geval begeeft The Nation zich in een opvallend onhandige dans rond de kandidaatsoptie Stein, door haar alle vermeende tekortkomingen van de Green Party voor de voeten te werpen: "... haar zaak is niet geholpen met de onwil of het onvermogen van de Green Party om macht te zoeken, te delen en op te bouwen, met alle smerige compromissen die daar vaak bij horen. In plaats van de geduldige, bijna onmogelijke taak van het opbouwen van een authentieke, basisorganisatie bieden de Greens een top-down organisatie voor protest."
Maar is het opbouwen van een 'authentiek basisalternatief' niet precies datgene waar de Stein-kandidatuur om ging? Probeert Stein niet de lezers van The Nation te bereiken, of wie dan ook die geïnteresseerd is in het veranderen van het bankroete politieke toneel, en het opbouwen van juist die macht waarvan de redacteuren beweren dat ze die willen zien? Maar in werkelijkheid lijkt het erop dat The Nation juist wilde dat Jill Stein met haar principiële standpunten uit de weg zou gaan, om ruimte te maken voor een zware variant van de 'minste van twee kwaden'tactiek.
Katha Pollitt [3], onder meer aan The Nation verbonden als columniste, poetste het 'Hillary team' van The Nation behoorlijk op. Zij genoot van die kans en noemde haar column "De zaak voor Hillary". Kort samengevat stelde ze een lijst op van 12 redenen om voor Clinton te zijn. In de eerste plaats reproductieve rechten [4]: "Ik noem dit als eerste omdat deze rechten cruciaal zijn voor alles waar je om geeft..."
Alles waar we om geven? Hoe belangrijk reproductieve rechten ook zijn - gelooft Pollitt echt dat deze alle andere zorgen overtroeven? Heeft ze daarbij ook gedacht aan Afro-Amerikaanse moeders wier zonen zijn vermoord door de politie? Heeft ze ook maar even stilgestaan bij de dagelijkse slachting van honderden, duizenden over de hele wereld als gevolg van de inzet van wapens door de VS of hun bondgenoten? Rekent zij armoede, gebrek aan gezondheidszorg en slecht onderwijs ook mee als zij kijkt naar de stand van de reproductieve rechten?
Pollitt, zoals veel teveel blanke hogere middengroep liberalen, is blind voor klasse en etniciteit. De mensen uit andere klassen of etnische groepen zijn geen onderdeel van 'ons' en de zorgen van die 'anderen', ook al zijn ze reëel, vormen geen barrière van betekenis voor het "simpele menselijke geluk" dat volgens Pollitt voortkomt uit de reproductieve rechten. Net zoals de evangelisten, die aan de andere kant staan van de 'abortusbarricades', is ze niet in staat om zich voor te stellen dat voor anderen er nog belangrijker zaken zijn dan die strijd. Net als de rechtse fanatici bagatelliseert ze alle andere misstanden.
De verdediging van mevrouw Clinton door Pollitt bereikte verontrustende proporties toen ze de steeds terugkerende leugen naar voren bracht over hoe communistisch sectarisme heeft geleid tot de macht van Hitler. Ze refereert aan een verondersteld moment in de geschiedenis toen "... Duitse communisten tijdens de verkiezingen in 1932 hun minachting uitten voor de verzwakte socialisten met de slogan 'Na Hitler, wij'. Net zoals vergelijkbare andere lasterpraatjes over communisten die tijdens iedere verkiezingsronde terugkeren heeft deze leugen geen enkele link met de werkelijkheid. Aanhangers van de keuze voor 'de minst kwade uit twee kwaden' beweren dat de Duitse communisten in de weg stonden van de antifacsistische eenheid van de werkende klasse, dat zij de opkomst van Hitler verwelkomden en de gezamenlijke acties verstoorden. Deze beschuldigingen zijn bedoeld om zogenaamd de lessen uit de geschiedenis toe te passen op de hedendaagse politiek, suggererend dat onafhankelijke strijd en principes in de weg staan van de eenheid tegen het spook van het extremisme. Als ontevreden kiezers hun stem zouden geven aan de iets minder slechte kandidaat, zoals de Duitse communisten hadden moeten doen, hadden we het spook van een nog groter kwaad kunnen voorkomen. Ook al zijn er veel historici 'te huur' die deze beweringen graag willen bevestigen, ze zijn gebaseerd op fictie.
De verkiezingen in 1932 waarnaar Pollitt verwijst bestonden feitelijk uit vijf cruciale verkiezingen: een eerste ronde presidentsverkiezingen in maart, de tweede en laatste ronde, gevolgd door de belangrijke verkiezingen voor de Pruisische Landdag in april, de Rijksdagverkiezingen in juli en tot slot de laatste relatief rechtmatige Rijksdagverkiezingen in november.
Een vrijwel onberispelijke visie op deze verkiezingen was die van journalist Carl von Ossietzky, een prominente en gerespecteerde linkse commentator, verbonden met de linkervleugel van de sociaaldemocratie en vaak kritisch over de Communisten (KPD). Afkomstig uit een vervallen aristocratische familie waren Ossietzky's antifascistische referenties en integriteit onberispelijk, in 1935 ontving hij de Nobelprijs voor de Vrede en hij stierf in een Gestapo gevangenisziekenhuis in 1938.
In zijn krantencolumns in 'Die Weltbühne' beschreef Ossietzky een verhaal dat ver afstaat van de gefantaseerde anticommuistische verhalen. In de aanloop naar de eerste ronde van de presidentsverkiezingen in 1932 besloot de SociaalDemocratische Partij (SDP), ondanks dat zij op dat moment de grootste partij was in Duitsland, om geen tegenkandidaat in te zetten tegenover de twee presidentskandidaten: de reactionaire zittende president Von Hindenburg en Adolf Hitler. De SDP redeneerde dat de houding van de partij niet "voor Hindenburg" was maar antifascistisch, een haarkloverij die geen indruk maakte op Ossietzky: "Het is niet zo dat het fascisme wint, maar dat de anderen zich eraan aanpassen." Er wordt een belediging geuit door de demagogen van de Berlijnse Sport Palast, tien socialistische afgevaardigden springen op uit hun stoel en voelen zich genoodzaakt om zichzelf te bewijzen als vaderlandslievend, het initiatief ligt dus bij rechts." En Ossietzky schrijft verder: "Lezers stellen mij voortdurend de vraag op wie ze moeten gaan stemmen op 13 maart. Is er werkelijk niets beters, vragen ze, dan het nastreven van deze noodlottige en ontmoedigende tactiek van kiezen voor het 'minste kwaad'?"
En hij gaat verder: "Als een niet-partijman aan de linkerzijde zou ik graag gestemd hebben op een acceptabele sociaaldemocraat". Maar aangezien er geen sociaaldemocratische kandidaat is zal ik op een communist moeten stemmen." Het moet benadrukt worden dat een stem voor Thälmann noch een stem betekent voor vertrouwen in de Communistische Partij noch voor grote verwachtingen. Maar om linkse politiek te vormen is het noodzakelijk om de kracht te concentreren waar een man van links in de strijd staat. Thälmann is op dit moment de enige, al de andere kandidaten zijn verschillende varianten van de reactie. Dat maakt de keuze makkelijker.
Ossietzky vervolgt: "De SociaalDemocraten zeggen: 'Een stem op Hindenburg betekent strijd tegen het fascisme.' Waar halen de heren deze kennis vandaan? Het is onzin om de kandidatuur van Thälmann te beschrijven als alleen een winst in getallen. Thälmann zal waarschijnlijk een verrassend hoog aantal stemmen krijgen... Hoe beter hij het doet in de verkiezingen, hoe duidelijker dat maakt wat een succes geboekt had kunnen worden met een verenigde socialistische kandidaat..."
Binnen een week na zijn verkiezing riep Hindenburg, door de SociaalDemocraten bestempeld als de 'antifascistische' kandidaat, op tot het verbieden van alle linkse, aan een partij gelieerde massa-organisaties. Nog voordat er negen maanden verstreken waren benoemde de Rijkspresident Adolf Hitler tot kanselier en gaf de macht over aan de nazi's. Ossietzky wist op dat moment wat een enorme vergissing het was geweest van de SociaalDemocraten om te weigeren een tegenkandidaat te leveren, om Hindenburg te steunen en om te weigeren Thälmann te steunen: "Onzichtbare handen zijn aan het werk in het net van de gevestigde politiek, om te proberen Hitler, die er aan de voordeur is uitgegooid, via de achterdeur alsnog binnen te laten."
In januari 1933, direct nadat Von Schleicher werd afgezet als kanselier en voordat Hindenburg Hitler benoemde, stelden de Duitse communisten een verenigde, algemene staking voor, de sociaaldemocraten wezen dit aanbod om samen te werken van de hand.
Al in april 1932 drong Ossietzky aan op eenheid tussen de communisten en de sociaaldemocraten. Nadat de nazi's grote winsten behaalden bij de belangrijke verkiezingen voor de Pruisische Landdag, waren er volgens Ossietzky slechts twee effectieve antwoorden mogelijk: ofwel de SPD nodigden de KPD uit om in de bestaande Pruisische regering deel te nemen (wat zij tot dan toe geweigerd hadden) ofwel de twee partijen zouden een verenigd front moeten vormen. De KPD had die tweede optie al voorgesteld op de dag na de verkiezingen. Het Centraal Comité riep op tot "massabijeenkomsten van arbeiders in alle fabrieken en alle mijnen" in alle vakbonden, om een gezamenlijk programma van eisen op te stellen, actiecomités te kiezen en stakingscomités, samengesteld uit communisten, sociaaldemocraten, christenen en partijloze arbeiders..."
Ondanks het negatieve beeld dat werd geschetst van KPD-tactieken, door liberale commentatoren, toonde de Duitse bevolking hun groeiende vertrouwen in de KPD tijdens de twee Rijksdagverkiezingen. Van de drie grootste partijen groeide alleen de KPD in beide verkiezingen, met een toename van bijna 30 procent afgevaardigden, terwijl de SPD bijna 16 procent verloor. Het was duidelijk dat het strijdbare antifascisme van de KPD in populariteit won onder de werkende klasse.
Het is waarschijnlijk niet reëel om te hopen dat de liberalen hun valse beschuldigen over het communisme dat het fascisme aan de macht geholpen zou hebben, zullen intrekken, net zo min als er hoop is dat partijgebonden democraten zullen stoppen met Ralph Nader de schuld te geven van hun pathetische overgave aan rechts bij de verkiezingen in 2000.
Het is duidelijk dat de tactiek van 'de minste van de twee kwaden' niet snel zal verdwijnen, ook al heeft het er al decennialang niet voor gezorgd dat de ruk naar rechts van het politieke centrum is gestopt. Zou het kunnen dat degenen die de beide partijen bezitten deze aanhoudende verschuiving naar rechts sponsoren, om te kunnen peilen hoe lang liberalen, democraten en links deze verschuiving tolereren zonder te breken met de gevestigde orde van de Democratische Partij?
Men zou er goed aan doen om Koude Oorlogleerboeken en liberale zelfvoldaanheid terzijde te leggen en eens goed de dynamiek van oppositionele politiek in het Weimar-tijdperk te bestuderen, die heeft geleid tot Hitler's greep naar de macht. Er zijn lessen te trekken uit die periode voorbij wanhopige samenwerking met burgerlijke en reactionaire partijen. Op de zware economische crisis in die periode kwamen alleen antwoorden van een demagogische en extreme nationalistische beweging en van de strijdbare antikapitalistische, revolutionaire beweging.
De SociaalDemocratische Partij koos een ander pad: zij probeerden het kapitalisme beheersbaar te maken in samenwerking met hun burgerlijke parlementaire tegenhangers. Zij hebben gefaald. Een enorme ramp volgde.
[1] Kritisch weekblad in de VS met politiek en cultureel nieuws, opgericht in 1865, heeft kantoren in Washington, D.C., London, en Zuid Afrika, bron: Wikipedia.
[2] Jill Stein is een Amerikaans arts, activist en politica. Ze is een prominent lid van de Green Party, genomineerd als presidentskadidaat in 2012 en 2016, bron Wikipedia.
[3] Katha Pollitt is een Amerikaanse feministische dichteres, essayiste, auteur en critica. Zij schrijft vooral over politieke en sociale onderwerpen.
[4] - Reproductieve rechten: Alle rechten die samenhangen met de voortplanting van de mens. De VN hebben nog geen overeenstemming bereikt over wat de reproductieve rechten precies inhouden, bron: Amnesty International.nl
(Seksuele en reproductieve gezondheid en rechten (SRGR) houden in dat iedereen recht heeft op prettige en veilige seks. Het betekent ook dat mensen zelf moeten kunnen bepalen of en wanneer ze kinderen willen krijgen, bron: rijksoverheid.nl)
Bron: ZZ's blog, 24 oktober 2016