Het vraagstuk van de macht voor communisten
Mij is gevraagd om voor de aankomende MECYO (Meeting of European Communist Youth Organizations) een stuk voor te bereiden dat het vraagstuk van de macht in het kader van 100 jaar Oktoberrevolutie behandelt.
De houding ten opzichte van het vraagstuk van de macht is een fundamenteel punt waarop communisten zich van opportunisten onderscheiden. Dit vraagstuk hangt nauw samen met het vraagstuk van de staat, een vraagstuk dat Lenin in o.a. 'Staat en Revolutie' verheldert. De noodzaak voor de communistische beweging om de leninistische principes te herbevestigen is uitermate belangrijk. De principes van de voorhoedepartij, van het veroveren van de macht en het stukslaan van de burgerlijke staat moeten verdedigd worden.
De opportunisten stellen dat 'revolutie' en 'hervormingen' elkaar uitsluiten (of hetzelfde zijn), of dat het vraagstuk van 'revolutie' vooruit moet worden geschoven, omdat mensen er nu eenmaal niet klaar voor zijn of omdat de krachtsverhoudingen ongunstig zijn. Ze offeren hun rol als voorhoedepartij praktisch op, en kiezen ervoor 'links' te verdedigen in het burgerlijke parlement. De gevolgen van het opportunisme, het 'bot maken' van het marxisme om het schadeloos te maken voor het kapitaal, zijn duidelijk.
In Nederland hebben we meegemaakt dat de CPN haar revolutionaire principes losliet voor 'de brede linkse beweging', het marxisme-leninisme losliet, en uiteindelijk zichzelf ophief in een burgerlijke sociaaldemocratische 'groene' partij.
Als communisten juichen we elke verbetering voor de werkende klasse onder het kapitalisme toe. Sterker nog, we zetten ons er dagelijks voor in, voor hogere lonen, betere arbeidsvoorwaarden, tegen afbraak van sociale rechten, etc. Wij erkennen echter dat elke overwinning voor de arbeidersklasse onder het kapitalisme slechts van tijdelijke aard is. Steeds weer hebben Marx, Engels en Lenin daarom gewezen op de noodzaak van het vechten voor verbeteringen, zonder daarbij het doel van het socialisme, van de dictatuur van het proletariaat, uit het oog te verliezen. De economische strijd van de arbeidersklasse moet dus steeds gekoppeld worden aan de politieke strijd.
Daarnaast zien we in landen waar de communistische partijen de verantwoordelijkheid voor het beheer van het kapitaal op zich nemen, dat zij hun rol als voorhoedepartij van de arbeidersklasse verliezen (voor zover zij die al hadden) en de arbeiders gedesillusioneerd achterlaten. Omdat 'linkse partijen' in burgerlijke regeringen gaan zitten, en zo mede verantwoordelijk worden voor het uitvoeren van het kapitalisme, kunnen reactionaire krachten hiervan gebruikmaken door erop te wijzen dat 'links' schuldig is aan de ellende van de bevolking. Zo wordt het bewustzijn van de werkende mensen teruggedrongen en spelen de opportunisten precies de rol die het kapitaal van hen verlangt.
Lenin benadrukt in 'Staat en Revolutie' dat een van de centrale thema's die door de opportunisten 'vermeden' wordt, dat van de staat is. (1) De staat is ook vandaag de dag een middel tot klassenonderdrukking, de onderdrukking van de arbeidersklasse en andere lagen van de bevolking door het kapitaal.Hierbij behoort ook het burgerlijke parlement, want zoals Marx het zegt: "De moderne staatsmacht is slechts een comité dat de gemeenschappelijke zaken van de gehele bourgeoisie beheert." (2)
In tegenstelling tot de links-klinkende frases van opportunisten is het parlement slechts één van de middelen om de stem van de werkende mensen te laten horen als communistische partij. Maar het parlement kan en mag niet dienen als een vervanging voor de eigen politieke organisatievormen van de werkende klasse. De arbeidersklasse moet haar eigen organisatievormen vinden en de burgerlijke staat stukslaan. Het bewijs voor de juistheid van deze koers zien we ook terug in de historische ervaring van de Oktoberrevolutie.
De Oktoberrevolutie en haar relevantie voor de revolutionaire jeugd van vandaag
Waarom slaagde de Oktoberrevolutie? En waarom is het voor ons als communisten vandaag de dag nog steeds noodzakelijk om, met inachtneming van de veranderingen in de wereld, de arbeidersklasse naar een socialistische revolutie te leiden? De omstandigheden in het imperialistische systeem, de eerste imperialistische oorlog, zorgden in 1917 voor een zeer zware druk op de bevolking in Rusland en elders in Europa. De beslissing van de pseudo-socialisten onder leiding van Kerenski om de imperialistische oorlog door te laten gaan bracht de socialistische revolutie bondgenoten in de vorm van de arme boeren en de soldaten. Het revolutionaire program van de Bolsjewieken sloot aan bij de noden en de belangen van de bevolking. Een belangrijke reden dat de socialistische revolutie slaagde was omdat de Bolsjewieken een duidelijke scheidslijn trokken tussen hun politiek, de politiek van de arbeidersklasse, en de politiek van de opportunisten, van de kleinburgerlijke democraten die zich later ontpopten tot steunpunten van de grote bourgeoisie.
De Sovjet-Unie voerde de socialistische planeconomie in die de productie vrijmaakte van de beperkingen van de markt. Werk, onderwijs, zorg, huisvesting waren geen spreekwoordelijke 'rechten' of 'koopwaar' meer zoals onder het kapitalisme, maar waren voor elke Sovjet-burger gegarandeerd. Elke jongere kon nu op kosten van de staat een opleiding volgen. Werkloosheid verdween met het plannen van de productie; iedereen was verzekerd van werk en kon een bijdrage leveren aan de socialistische maatschappij.
De superioriteit van de socialistische planeconomie toonde zich in de gunstige ontwikkelingen voor de productie en voor de werkende klasse. Ook vandaag de dag is ons doel als communisten de afschaffing van het privébezit van de middelen van productie, tegen de anarchie in de productie en de dictatuur van het kapitaal, die crisis en oorlog voortbrengt. In plaats daarvan zullen onze respectievelijke landen de productiemiddelen vermaatschappelijken, in handen brengen van de werkende mensen, en deze gebruiken ten behoeve van de vooruitgang van de mensheid en niet voor de winst.
De huidige context: contrarevolutie, imperialistische oorlog en niet-revolutionaire situatie
In de huidige situatie zien we de consequenties van het omverwerpen van het socialisme. Na het omvormen van de socialistische planeconomieën naar een kapitalistisch systeem gebaseerd op uitbuiting, bleef de 'bloei van de democratie en welvaart' uit. Elk verzet tegen het systeem werd en wordt systematisch de kop ingedrukt; in veel van deze landen is zwaar anticommunistische wet- en regelgeving doorgevoerd om de belangen van het kapitaal veilig te stellen. Het imperialisme toont zich 25 jaar na de val van het socialisme in de Sovjet-Unie en andere socialistische landen als een verrot en failliet systeem.
De aanval van het kapitaal en zijn organisaties zoals de EU en de NAVO op de rechten van de werkende klasse en haar jeugd wordt steeds verder doorgevoerd. Het kapitaal grijpt steeds openlijker naar reactionaire middelen om zijn agenda er door te drukken. Tegelijkertijd nemen de imperialistische tegenstellingen onderling toe; deze tegenstellingen krijgen de vorm van wapengekletter, steeds doorzichtiger en openlijk agressief gedrag naar opkomende imperialistische machten zoals Rusland, die hun positie op de wereldmarkt willen verdedigen en versterken.
De herverdeling van de wereld onder verschillende imperialistische machten heeft als motor de private eigendom van de middelen van productie, waarbij gigantische monopolies met talloze werknemers hun kosten naar beneden willen drukken om hun winsten te verhogen. De strategie van het kapitaal is als volgt: de loonkosten moeten naar beneden (door middel van het verhogen van de uitbuitingsgraad op allerlei manieren), en er moeten nieuwe markten veroverd worden. Het drukken van de loonkosten en het opvoeren van de uitbuitingsgraad raken met name jongeren keihard. In Nederland zien we dat de jeugdwerkloosheid al zo'n 100.000 jongeren treft. Veel jongeren die wel werk hebben zitten in een precaire situatie waarbij collectieve arbeidsovereenkomsten als 'iets van vroeger' worden gezien. Je hebt gewoon te werken tegen een laag loon, voor lange uren, met een onzekere toekomst.
Ondanks deze groeiende verslechteringen is een groot deel van de werkende klasse en jeugd nog niet klaar voor een totale breuk met het kapitalistische systeem, ten gunste van het socialisme. Onze rol als CJB en NCPN is er daarom een van lange adem. De afbraak van alle verworvenheden van de arbeidersklasse leidt niet automatisch tot revolutionair bewustzijn. De invloed van de burgerlijke ideologie is zeer groot. De bourgeoisie heeft talloze nieuwe mogelijkheden om hun ideologie onder jongeren te verspreiden, waaronder sociale media en internet.
Toch kunnen deze methoden de werkelijkheid niet verbloemen. De omstandigheden verslechteren met de dag voor jongeren en de werkende klasse in het algemeen. De leden van de kleinburgerij en arbeidersaristocratie die met name in de geïndustrialiseerde landen sterk waren zien zich geleidelijk aan gewoon deel worden van de werkende klasse. Fundamenteel voor ons als communistische jongerenbeweging is het opleiden van communisten voor onze moederpartij, de NCPN, die leiding kunnen geven aan de klassenstrijd, posities kunnen veroveren in de arbeidersbeweging, en het socialistisch bewustzijn kunnen inbrengen. De groei van het aanzien van de communistische beweging in de ogen van de arbeidersklasse is van groot belang.
We laten ons als communisten blijvend inspireren door de Oktoberrevolutie. Dat de arbeidersklasse de macht kan grijpen, dat het socialisme superieur is aan het kapitalisme, is reeds bewezen. Op dit moment zitten we als communistische beweging in een opbouwfase, en zijn we globaal nog zwak. Deze omstandigheden veranderen echter niet dat we ons ondanks de tijdelijke tegenslag nog steeds bevinden in de transitie van het kapitalisme naar het socialisme. Hieruit putten we als communisten onze kracht. De Oktoberrevolutie brak het ijs, aan ons om het socialisme een werkelijkheid te maken in Nederland.