Maarten Muis
Op zaterdag 22 april jl. werd in Amsterdam door ongeveer duizend mensen geprotesteerd ter verdediging van de principes van de wetenschappelijke methode. Het was een internationale actie onder de vlag March for Science. Overal op de wereld lieten wetenschappers van zich horen ter verdediging van de wetenschap. Tegen de aanvallen van populistisch rechts, met de Amerikaanse president Trump voorop die door het massaal negeren en tegenspreken van harde wetenschappelijke bewijzen bewust de wetenschap in diskrediet brengt. Wetenschap is niet ook maar een mening!
Het protest werd in Nederland georganiseerd door wetenschappers van verschillende universiteiten en ondersteund door de LSVB, de studentenvakbond. Er was ook een demonstratie georganiseerd in Maastricht.
De protesten vielen niet toevallig samen met Earth Day: met name tegen de onfrisse praktijken van de zogenaamde klimaatsceptici wordt geprobeerd een verdediging op te werpen. Het debat over opwarming van de aarde is door enkele luidruchtige types gekaapt terwijl een grote meerderheid van wetenschappers allemaal tot dezelfde conclusie komen: de opwarming van de aarde komt door de mens en leidt tot catastrofes. Klimaatsceptici roepen alleen maar dat wetenschappers leugens verspreiden, maar leveren zelf geen enkele bijdrage aan onderzoek en waarheidsvinding.
Met de Mars voor de Wetenschap wordt een signaal afgegeven dat wetenschappers pal staan voor hun methode. Serieuze onderzoekers willen zich niet in het 'frame' van populistisch rechts laten opsluiten dat 'zij' zouden behoren tot het 'establishment' en dus 'bevooroordeeld zijn'. Wetenschappers bedrijven wetenschap en geen politiek. De wetenschappelijke methode heeft als doel vergroten kennis en waarheidsvinding. Die doelstellingen moeten verdedigd worden.
De grootste bedreiging voor vooruitgang in wetenschappelijk onderzoek is de ideologie van het pragmatisme. Dit is een manier van denken dat niet het idee van waarheid vooropstelt dat buiten de mens bestaat, maar alleen gericht is op die kennis die werkt op de korte termijn en bruikbaar is voor het bedrijfsleven. De aanvallen van Trump en andere rechtse populisten op wetenschappelijke bewijzen vertrekken ook altijd vanuit de ideologie van het pragmatisme. Het pragmatisme moet bestreden worden, waar dat ook kan.
De universiteiten zijn nu nog een plek waar in rust gezocht wordt naar verklaringen. Maar steeds meer wordt dat vanuit de politiek en het grootkapitaal bedreigd. Ook de ongenuanceerdheid die zich meester heeft gemaakt van veel debatten in de media wordt buiten de deur gehouden. Het najagen van sensationele verhalen door geldbeluste journalisten, en tegenwoordig ook steeds meer door zogenaamde bloggers die zonder enig respect voor journalistieke principes leugens verspreiden via YouTube, zetten de toon in de debatten.
Wetenschappers zijn met hun bedachtzame en genuanceerde uitleg geen partij voor deze onruststokers en zien hun verhalen uit het verband getrokken terug in blogs, in oneliners op Facebook en Twitter. Het dictaat dat alles kort en snel gebracht moet worden, staat haaks op de wetenschappelijke methode. De Mars voor de Wetenschap staat ook voor de verdediging van die nuance en beschaving.
De wetenschap kan echter ook niet zonder de strijd der ideeën. Maar voor deze strijd moet de universiteit op gepaste afstand van politiek en bedrijfsleven kunnen functioneren. Financiering van wetenschappelijk onderzoek moet gebaseerd zijn op langetermijndoelstellingen en niet op basis van de politieke kleur van de regering. Wetenschappers moeten de ruimte opeisen fundamenteel onderzoek te kunnen doen zonder dictaat van de kapitalistische markt en zijn ideologie.
Op universiteiten hoort een cultuur te heersen waar nieuwsgierigheid en gezonde kritiek en zelfkritiek de toon zetten en niet welke wetenschapper het best in de smaak valt van de grote bedrijven, de media en de politiek. De Mars voor de Wetenschap is de start van een langere weg om deze cultuur te verdedigen.