Een bijlesje voor Trump

i-009-022.jpg
Beeld van de kruisraketten die vanaf Amerikaanse schepen werden afgevuurd op Syrië. De eerste grote daad van agressie die het wispelturige en agressieve Amerikaanse presidentschap liet zien. (Foto: ZLV)

Zoltan Zigedy

Een rechtenprofessor van een vooraanstaande universiteit vertelde op een publieke radiozender dat de Amerikaanse aanval op Syrië een schending was van het internationaal recht en van de soevereiniteit van Syrië. Desondanks vond hij deze zorgvuldig voorbereide aanval gerechtvaardigd. De professor vergeleek hem met het geven van een stopsein in geval van nood. Tot dit niveau is de tergende hypocrisie van de Amerikaanse intellectuele elite gezonken.

Dergelijke onverantwoordelijke 'rechtvaardigingen' overheersen de discussies die in de grote media gevoerd worden, ook bij centrumlinks. Sommige commentaren, zoals dat van de ooit verguisde maar nu weer gerespecteerde Brian Williams van NBC grenzen aan het waanzinnige. Hij haalde er zelfs zanger Leonard Cohen bij om de wonderbaarlijke 'schoonheid' van het lanceren van de kruisraketten te omschrijven.

Ook binnen het vicieuze cirkeltje van het tweepartijensysteem heerste er consensus en werd de raketaanval toegejuicht. De Republikeinse leiding, waaronder de voorzitters in de Senaat en het Huis van Afgevaardigden, McDonnell en Ryan, koos de zijde van Democratische leiders zoals de senatoren Schumer en Feinstein en keurde de aanval goed. De haviken in de Senaat, McCain, Graham en Rubio, die eerder kritiek op Trump hadden, verwelkomden de beschieting eveneens. McCain noemde de manier waarop Trump leiding gaf aan deze agressie 'presidentwaardig'.

Dit alles klinkt even onheilspellend als het tromgeroffel dat eerdere Amerikaanse agressie begeleidde tegen landen die weigeren hun voorgeschreven rol in het imperialistische scenario te spelen. Aan andere Amerikaanse gewapende schendingen van de soevereiniteit, van het voormalige Joegoslavië, Irak en Libië, ging een vergelijkbare voorgekookte consensus vooraf, om nog maar niet te spreken over de talloze clandestiene operaties wereldwijd.

Het verkooppraatje

Helaas slaagde het Amerikaanse establishment er telkens in om de agressie als een 'humanitaire interventie' te verkopen, de hedendaagse variant op het negentiende-eeuwse 'beschaven van de wilden'. Dit verkooptrucje is steeds geraffineerder geworden, en vanwege het succes hebben de daders minder behoefte aan handlangers dan weleer. Na het uiteenvallen van de Sovjet-Unie gebruikten de Verenigde Staten de Verenigde Naties als dekmantel, en om de agressie in het Midden-Oosten te maskeren bekokstoofden ze een 'coalition of the willing'. De afgelopen jaren verscholen de VS zich achter de NAVO. Nu komt Washington ongegeneerd eenzijdig in actie.

Het imperialisme maakt gretig gebruik van de medeplichtige grote media, naïeve mensenrechtenorganisaties en ngo's die zowel door het bedrijfsleven als de regering gefinancierd worden, en het maakt gebruik van welkome 'incidenten' die ons medelijden wekken en ons oproepen tot actie. Natuurlijk zijn provocaties niets nieuws. Al sinds het bestaan van de eerste keizerrijken maken ze deel uit van de imperialistische trukendoos. Toen de Verenigde Staten gingen deelnemen aan de imperialistische competitie, werden ook zij ingevoerd in de machinaties van complotten en provocaties, zoals met het tot zinken brengen van het slagschip Maine, tijdens de Spaans-Amerikaanse oorlog in 1898. Een beruchte gebeurtenis van recentere datum was het nepincident in de Golf van Tonkin, dat in scène werd gezet om de steun van de publieke unie te verwerven voor de grootscheepse escalatie van de oorlog tegen Vietnam. En dan waren er natuurlijk nog de 'massavernietigingswapens', de leugen die dankzij de mediahysterie van Judith Miller, haar krant de New York Times en de Washington Post, leidde tot oorlog en het verlies van honderdduizenden mensenlevens.

In het post-Sovjet-tijdperk verving het imperialisme de strategieën uit de Koude Oorlog. Het streven naar nationale bevrijding werd eerst bestreden onder het mom van het anticommunisme, daarna gebeurde dit aan de hand van 'humanitaire interventies'. Tegenwoordig gebruikt het VS-imperialisme een veelzijdiger aanpak: ontwrichting, steun aan ontevreden 'democraten' en zogenaamde 'vrijheidsstrijders', en openlijke interventies.

De media van de bourgeoisie stoken het vuurtje maar al te graag op, waarbij ze van staatshoofden schaamteloos 'wrede dictators' maken, ongeacht hoe vaak ze verkozen zijn of hoe duidelijk hun legitimiteit is. Dezelfde media dopen godsdienstfanaten om in rechtschapen democraten en neonazi's in mensenrechtenactivisten. Elk land dat zijn leger versterkt tegen de militaire dreiging van het imperialisme wordt onmiddellijk bestempeld tot een gevaarlijke agressor, of een bedreiging voor zijn buurlanden. De imperialistische troepenopbouw en legeroefeningen vormen op die manier alleen maar een antwoord op deze agressiviteit. Naast deze propagandacampagne is er alleen nog een provocatie nodig om een politieke koerswijziging of een militair avontuur uit te lokken.

De lont in het kruitvat

Twee recente gebeurtenissen, de dood van Kim Jong-nam en de vermeende aanval met gifgas op een Syrisch stadje, hebben gezorgd voor een verstoring van processen die de internationale spanningen zouden kunnen verminderen, processen die een verdere opbouw van de conflicten konden tegengaan, en daarmee de imperialistische plannen zouden dwarsbomen. Het eerste proces bracht de hoop met zich mee dat de verhoudingen tussen de VS en de Democratische Volksrepubliek Korea zouden verbeteren, en dat de deur naar verzoening op het Koreaanse schiereiland opengezet zou worden. Het tweede bood een mogelijkheid voor een spoedig einde aan de oorlog die Syrië en zijn bevolking vernietigt.

Beide processen werden onderbroken op een manier die bij elk weldenkend mens twijfel en wantrouwen zouden moeten oproepen. Beide processen werden doorkruist door 'incidenten' of provocaties, die door de bourgeoisiemedia onmiddellijk werden opgeblazen en geïnterpreteerd op een manier die akelig identiek is aan de lijn die het imperialisme voorschrijft.

In februari stierf Kim Jong-nam onder verdachte omstandigheden op een vliegveld in Maleisië. Kim reisde met een paspoort van de DVRK en was naar verluidt de halfbroer van Kim Jong-un, de leider van de DVRK. Direct daarna deed in de westerse pers het verhaal de ronde dat DVRK-agenten verantwoordelijk zouden zijn voor zijn dood. Als gevolg van de haast waarmee het verhaal over de samenzwering samengesteld was, en omdat er zoveel vragen rezen, moesten delen ervan daarna weggelaten, bijgesteld of helemaal gewijzigd worden. Er werd geen onafhankelijk onderzoek toegestaan, en pas veel later kreeg de DVRK het lichaam te zien. Vanaf het moment dat het incident zich voordeed werden er vragen gesteld bij de vroegtijdige bemoeienis van Zuid-Koreaanse veiligheidsdiensten, en de overduidelijke tegenstrijdigheden in het verhaal zorgden ervoor dat de Zuid-Koreaanse Nationale Veiligheidsdienst in een kwaad daglicht kwam te staan.

Maar het meest veelzeggend waren de omstandigheden. De president van ZuidKorea, Park Geun-hye, een fanatieke tegenstander van de DVRK en een marionet van de VS, stond op het punt om wegens corruptie te worden afgezet, en er vonden massale demonstraties tegen haar plaats. In de coulissen stond haar waarschijnlijke opvolger al klaar, een politicus van de oppositie die erom bekend staat dat hij stappen wil zetten om tot verzoening met de DVRK te komen.

Maar weinig Amerikanen zijn op de hoogte van deze grote Zuid-Koreaanse verzoeningsbeweging, omdat elk nieuws waarin de DVRK ook maar een klein beetje gunstig naar voren komt, in de VS volkomen doodgezwegen wordt. Tegelijkertijd verschenen er in de media populistische en hysterische berichten over de 'militaire dreiging van Noord-Korea', en de VS begonnen in alle haast met de levering van zijn geavanceerde raketafweersysteem THAAD aan Zuid-Korea, wat een directe provocatie aan het adres van de DVRK en China was. De VS schoten zo snel in actie omdat ze gebruik wilden maken van de laatste dagen van Parks presidentschap, en omdat het moeilijk zou zijn de raketten weer te verwijderen als ze er eenmaal stonden. De affaire Kim Jong-nam kwam uitstekend van pas ter onderbouwing van het argument dat de DVRK niet te vertrouwen is, en maakt daarmee dus deel uit van de schaamteloze activiteiten die erop gericht zijn om elke toenadering tussen Noord en Zuid te saboteren.

Nog recenter was er de vermeende gasaanval in Syrië. Dit incident vond plaats op een moment dat er daadwerkelijk een kans bestond dat er een eind aan de oorlog zou komen. Assad en zijn bondgenoten hadden zich tegen de VS, de salafisten, de door Turkije gesponsorde oppositie en hun huurlingen gekeerd. De regering Trump liet doorschemeren dat ze een voortzetting van Assads bewind in Syrië zou accepteren. Er vonden vredesbesprekingen plaats, er gloorde hoop, en er werd optimistisch gesproken over de naderende gesprekken tussen de regering Trump en de Russen.

Sinds het begin van dit jaar echter vindt er een felle campagne plaats tegen sommige elementen van Trumps buitenlandse politiek. De publieke opinie werd door zijn politieke rivalen en de media bestookt met aantijgingen over onverkwikkelijke contacten met Rusland, en de veiligheidsdiensten voedden deze gretig met behulp van verdachtmakingen en zorgvuldig aangebrachte lekken. Hoewel er maar weinig bewijs was dat er iets abnormaals of daadwerkelijk compromitterends plaatsgevonden had, bereikte de associatie van Trump met Russische intriges al snel een hysterisch hoogtepunt.

Wat begon als een manier om de aandacht af te leiden van het geruzie binnen de Democratische Partij en haar verkiezingsfiasco breidde zich razendsnel uit en veranderde in een grootscheepse aanval op Trumps afwijkingen van het door de heersende klasse voorgeschreven scenario. Rusland werd erbij gehaald om Trumps afwijkende en isolationistische 'America First'-politiek in diskrediet te brengen. Met zijn eigengereide buitenlandse beleid, zijn leven-en-laten-leven-houding ten opzichte van Rusland, Syrië en de DVRK week Trump te ver af van de geëigende paden. Om hem weer daarheen terug te voeren was er een provocatie nodig. Die werd gevonden of gefabriceerd met de vermeende gasaanval door de Syrische regering op burgerdoelen.

De zachte coup

Wat er echt gebeurd is in het Syrische stadje zullen we waarschijnlijk nooit te weten komen. Net zoals bij de dood van Kim in Maleisië heeft de overhaaste en politiek gemotiveerde veroordeling door de westerse leiders en hun pr-medewerkers van de media de hoop op een onafhankelijk onderzoek in rook doen opgaan. Zoals beide gebeurtenissen in de westerse media beschreven worden kunnen ze beter gezien worden als een stukje zorgvuldig geënsceneerd politiek theater dan als realiteit.

Met het verbannen van het werk van de grootste Amerikaanse onderzoeksjournalist is de laatste glans van de op waarheidsvinding gebaseerde journalistiek verdwenen. Sinds 2015, toen geen enkele Amerikaanse uitgever Seymour Hersh' artikel over Syrië wilde publiceren, is de Amerikaanse verslaggeving over de volle breedte politiek gemotiveerd, bevooroordeeld, en eerlijk is eerlijk, achterlijk. Hersh werd beroemd toen hij de misdaden van My Lai en Abu Ghraib aan het licht bracht, maar nu hij de huidige consensus in de buitenlandse politiek in vraag stelt is hij niet langer gewenst. Showbizzroddels bevatten meer waarheid dan de buitenlandse verslaggeving die verzorgd wordt vanuit een vriendelijke buitenlandse stad, waar toevallig een mediavriendelijke Amerikaanse ambassade staat. De mediapuppy's leren kunstjes van hun meester en worden opgevoed tot makke schoothondjes.

Sinds de verkiezing van Trump laten de media zich eens temeer als betrouwbaar gereedschap in handen van de Amerikaanse heersende klasse gebruiken. Het kan geen verrassing zijn dat buiten Trump alle kandidaten zorgvuldig doorgelicht werden door diezelfde heersende klasse. Men hanteerde verschillende tactieken maar eerbiedigde wel dezelfde regels. Trump hield zich niet altijd aan deze regels, hij speelde niet leuk mee, en hield er een aantal non-conformistische ideeën op na. En de media maakten zich klaar om deze brutaliteit af te straffen.

Na zijn overwinning gingen de alarmbellen af. Er werden plannen gesmeed om Trump weer in het gareel te krijgen. De veiligheidsdiensten en de grote media droegen hun steentje aan deze plannen bij. Omdat de heersende klasse bang was voor Trumps gematigde standpunt ten opzichte van Rusland, kwamen ze aanzetten met een verhaal vol intriges en complotten die volledig uit de lucht gegrepen waren. De aloude strategie, waarbij Rusland gezien werd als een beer die getemd moest worden, werd weer van stal gehaald en het spel begon!

Binnen de Amerikaanse regering woedt een hevige strijd tussen hen die vasthouden aan de isolationistische standpunten die Trump tijdens zijn campagne bepleitte, en hen die aandringen op een terugkeer naar het traditionele beleid, het opnieuw volgen van de lijn van de heersende klasse, een lijn die agressie ten opzichte van Rusland en het opstoken van de agressie in het Midden-Oosten en Azië voorstaat. Het is duidelijk dat het wegzuiveren van Michael Flynn en het verwijderen van Steve Bannon de weg vrij hebben gemaakt voor de aanval op Syrië en het wapengekletter op en rond het Koreaanse schiereiland.

Op dit moment is de club die het bedrijfsleven en het establishment vertegenwoordigt aan de winnende hand. Trumps schoonzoon Jared Kushner, de vertrouwde militair adviseur H.R. McMaster en Trumps belangrijkste economische adviseur Gary Cohn, voormalig topbankier bij Goldman Sachs, lijken Trump terug te voeren op de gebaande wegen van de heersende klasse, en hem af te houden van een verstandige buitenlandse politiek.

Dat Trump de weg van het verstand verlaten heeft is voor een groot deel te wijten aan de Amerikaanse progressieve elite, die op brutale wijze de anti-Russische hysterie opstookt en blijft opstoken, precies de hysterie die Trump onder druk zette om Syrië aan te vallen. Ook het Chinese persagentschap Xinhua tekende op dat de aanval op Syrië bedoeld was om duidelijk te maken dat de regering Trump niet 'pro-Russisch' is.

Hoe de strijd zal eindigen is nog onduidelijk. Het wemelt van de geruchten dat Trump zich helemaal zal ontdoen van Bannon en Reince Priebus (de Stafchef van het Witte Huis), waarbij de laatste vervangen zou moeten worden door Cohn. Dit zou een eclatante overwinning betekenen voor de heersende klasse en, hoe ironisch, voor de politiek van Hilary Clinton. Gezien het feit dat Trump als zakenman geen principes heeft, alleen ambitie, is dat geen onwaarschijnlijke uitkomst.

Tijdens de chaos van de afgelopen maanden werd er een zachte coup beraamd, een coup die Trump weer op een lijn moet brengen met de eensgezinde buitenlandse politiek van de heersende klasse, met haar imperialistische speltactiek. In de laatste dagen van zijn regering onderkende Barack Obama deze tactiek. Hij had de intense druk ervaren van de 'humanitaire interventionisten', en hun dominantie binnen het establishment verantwoordelijk voor de buitenlandse politiek. Ze dragen geen badges met 'progressief' of 'conservatief'. Ze zijn ook geen trouw verschuldigd aan de Republikeinen of de Democraten. Ze vertegenwoordigen een consensus binnen de hele heersende klasse.

Het nemen van een beetje meer speelruimte is toegestaan, maar de doelen zijn niet onderhandelbaar. Trump dreigde er wel mee deze te veranderen. En nu krijgt hij bijles over de spelregels.

Bron: ZZ's blog, 14 april 2017.