"(...) Tot nu toe beperkten wij onze beschouwing over de drift tot verlenging van de arbeidsdag, de geeuwhonger van de weerwolf naar meerarbeid, tot het gebied waarop mateloze buitensporigheden (volgens een burgerlijke Engelse econoom niet overtroffen door de wreedheden van de Spanjaarden jegens de inheemsen in Amerika) van het kapitaal tenslotte aan de ketting van de wettelijke regeling werden gelegd. Laten we nu eens kijken naar enige takken van industrie, waar de uitzuiging van de arbeidskracht vandaag nog onbelemmerd of gisteren nog onbelemmerd was. De heer Broughton, een vrederechter, verklaarde als voorzitter van een vergadering die op 14 januari 1860 in de stedelijke zaal van Nottingham plaatsvond, dat onder het deel van de stadsbevolking, dat in de kantindustrie werkzaam is, zoveel ellende en ontbering heerste als onder de rest van de beschaafde wereld niet voorkwam... Om 2, 3, 4 uur in de ochtend worden kinderen van 9-10 jaar uit hun vuile bedden gesleept en gedwongen tot 's nachts 10, 11, 12 uur voor hun naakte bestaan te werken, waarbij hun ledematen wegteren, hun gelaatstrekken afstompen en hun menselijk wezen geheel en al verstart tot een steenachtige gevoelloosheid, waarvan de aanblik alleen al ons doet huiveren. Het verbaasde ons niet dat de heer Mallet en andere fabrikanten opstonden om tegen iedere discussie te protesteren... Het systeem, zoals dat door de eerwaarde heer Montagu Vally werd beschreven, is een systeem van onbeperkte slavernij, slavernij in maatschappelijke, lichamelijke, zedelijke en geestelijke betekenis... Wat moet men denken van een stad, waar een openbare vergadering wordt gehouden ten einde te verzoeken de dagelijkse arbeidsdag voor mannen te beperken tot 18 uur!... Wij protesteren tegen de planters uit Virginia en Carolina. Maar is hun negermarkt met alle verschrikking van de zweep en van het gesjacher in mensenvlees, wel afschuwelijker dan deze langzame mensenslachting, die plaatsvindt opdat sluiers en kragen ten voordele van kapitalisten worden geproduceerd?(...)"
Uit: Das Kapitaal, Karl Marx.