Redactie buitenland (*)
Kemal Okuyan, secretaris-generaal van de Communistische Partij van Turkije, en columnist voor 'soL International' schrijft over de rechtszaak tegen de Iraans-Turkse magnaat Reza Zarrab in de Verenigde Staten, en over geheime financiële documenten die oppositieleider Kemal Kiliçdaroglu (van de CHP) onlangs onthulde. De goudhandelaar Zarrab, die nauwe banden onderhoudt met de Turkse president Erdogan stond maandag in New York terecht en bekende dat hij enorme bedragen aan smeergeld betaald had aan een Turkse minister, waardoor hij de economische sancties tegen Iran kon omzeilen. Kiliçdaroglu onthulde dat Erdogans familie in december 2011 en januari 2012 15 miljoen dollar aan verdacht geld doorsluisde naar het bedrijf Bellway in het belastingparadijs Isle of Man.
Erdogans weg naar de macht werd geplaveid door rijke lieden die voor zichzelf een nieuw Turkije wilden creëren, een Turkije dat hen beter van pas kwam. In feite was Erdogan niets meer dan hun project. Deze rijke lieden, binnen- en buitenlandse monopolies of, beter gezegd, de internationale monopolies verzamelden al hun krachten om hem te ondersteunen. Sommige elementen waren onmisbaar om dit onheilspellend plan ten uitvoer te brengen, andere groeperingen, waaronder ook zogenaamde linksgezinden sloten zich er eenvoudigweg bij aan.
Erdogan en de macht achter hem zijn in hun missie geslaagd. Met hun marktfundamentalisme, pro-NAVO-houding en anticommunisme hebben ze alles afgebroken wat sinds de stichting van de Turkse republiek in 1923 opgebouwd werd, alleen maar om de rijken tegemoet te komen.
Turkije en de rest van de wereld hebben echter één groot probleem, een probleem dat de kapitalistische klasse nooit zal kunnen oplossen: de huidige orde, het kapitalisme, heeft geen toekomst. Met het project 'Erdogan' slaagde men erin om de boel af te breken, maar wat stelde men ervoor in de plaats? Erdogan had hiervoor een heel eigenzinnige oplossing in gedachte: de herrijzenis van het Ottomaanse Rijk in de 21e eeuw.
De bevolking stond dit niet toe. De Syriërs stonden dit niet toe. Ook de machtsverhoudingen binnen het imperialistisch systeem stonden dit niet toe.
Terwijl hij zijn vernietigende werk in het belang van de rijken en machtigen verrichtte, profiteerde Erdogan wel degelijk van dit neo-ottomanisme. Op buitenlands gebied bracht zijn politiek het hertekenen, of eerder het vervagen van Turkije's grenzen met zich mee, evenals het streven naar panislamisme, het inrichten van zogenaamde 'vrije zones', het opzetten van privélegers en het bevorderen van het tribalisme. Op binnenlands gebied kenmerkte zijn beleid zich door een groei van de wetteloosheid en een vergaande confessionalisering van de samenleving. Op economisch gebied werd het land geplunderd door een steeds kleinere kliek rondom Erdogan, waarbij de werkende klasse steeds meer onderdrukt werd.
Zo ging het zolang alles voorspoedig verliep, maar toen deze fantasie in een onzachte aanraking kwam met de werkelijkheid, werd het nodig om de hoofdrolspeler die binnen dit project te veel macht had gekregen een toontje lager te laten zingen. Er was echter geen controle meer mogelijk, niet op de puinhoop die hij in binnen- en buitenland veroorzaakt had, en evenmin op de miljarden aan dollars die de familie intussen verworven had, geld dat over de hele wereld verspreid werd omdat het niet meer in hun schoendozen paste.
De chaos in de relatie tussen de VS, Rusland, China en Duitsland droeg hieraan bij. Het plan om Erdogan in bedwang te houden werd dan ook vervangen door een strategie om hem op zijn knieën te dwingen of, als dit niet zou lukken, om geheel en al van hem af te komen.
De Verenigde Staten speelden een rol in het aanvankelijke project, en ook aan de huidige strategie draagt Washington een steentje bij. Maar, het is slechts een steentje. Zij die de kwestie voortdurend willen toespitsen op het Amerikaanse imperialisme verdoezelen hiermee bewust de rol van andere spelers in het netwerk van profiteurs. Het imperialisme is een systeem dat meerdere lagen kent. De interne tegenstellingen van het imperialisme veranderen niets aan het feit dat er wel degelijk sprake is van een samenhang. Aan de hand van een politieke landkaart waarop de landgrenzen aangegeven staan kunnen deze interne tegenstellingen echter niet begrepen worden. Om maar een voorbeeld te geven: in Poetins Rusland, dat nu verwikkeld is in een wedstrijd armpje drukken met de VS, zijn er grote kapitaalgroepen die veel meer belangen hebben bij de Amerikaanse monopolies dan bij Rusland zelf.
Met deze Erdogan kan de wereldorde niet omgaan. En als hij al pogingen doet om een ommezwaai te maken en in een 'aanvaardbare' speler te veranderen (wat hij soms lijkt te doen), zal dat vergeefs zijn. Als de zaak Zarrab en de documenten van Kiliçdaroglu iets duidelijk maken, is het dat het te laat is voor een dergelijke ommezwaai. Niemand hoeft er immers aan te twijfelen dat de zaak Zarrab en de onthulde documenten deel uitmaken van die nieuwe strategie. Men wil Erdogan nu eenmaal niet in staat stellen om te stoeien met de machtsverhoudingen in de imperialistische wereld, zelfs niet als hij daarover alleen maar onderhandelen wil.
Er is nog steeds een discussie gaande over de term FETÖ (de Fethullah Terreur Organisatie, zoals de Turkse regering de Gülenbeweging noemt). Onlangs zijn er weer honderden arrestatiebevelen voor militairen uitgevaardigd. We zeiden al eerder dat er in strikte zin geen sprake is van een organisatie. Fetullah Gülen, één van de kopstukken achter de couppoging van 2016, vormde ooit de voornaamste schakel tussen de grote machten die achter Erdogans opkomst zaten. En Rasim Ozan Kütahyali (een columnist die op de hand van de regering is) had het bij het rechte eind toen hij schreef: "Als Gülen niet had bestaan hadden we het nieuwe Turkije nooit vorm kunnen geven." Er is echter geen sprake van een organisatie zoals wij die kennen: imams, etc. vormen het 'technische' aspect dat natuurlijk niet onbelangrijk is. Maar laat ik het zo zeggen: waar het om gaat is dat iedereen achter het Erdogan-project pro-FETÖ is. Zij die grapjes maken over de "volgers van de jammerende imam [Gülen]" zouden moeten stoppen en eens moeten gaan nadenken.
Welnu, het is onzin om pogingen om een eind te maken aan wat er over is van het project 'Erdogan' alleen aan FETÖ toe te schrijven. Ook Duitsland, de VS en Engeland willen een eind maken aan de dolle dans van Erdogan. Ze willen hem intomen, of nog waarschijnlijker, zijn dansmuziek uitzetten. Dat Poetin een uitweg zal bieden aan Erdogan is een grote mythe.
Het zijn de kopstukken van de AKP die de dienst uitmaken in Turkije. Duitsland, de VS en het Verenigd Koninkrijk, zoals steeds op de achtergrond, willen een eind maken aan Erdogans woeste dans. Ze willen dat hij zich koest houdt en als dat niet lukt, zullen ze helemaal een eind maken aan de geluidsoverlast die hij bezorgt. We zeiden al eerder dat Rusland zijn S-400 raketten niet produceert om Erdogan te beschermen.
Toen de AKP in 2002 aan de macht kwam vestigden we de aandacht al op het project 'Erdogan', en we riepen op om de strijd ermee aan te gaan. Destijds benadrukten we al dat deze strijd niet betekende dat we de toenmalige orde of die van eerdere regeringen wilden verdedigen. Sommigen zeiden iets als "wacht maar eens af wat er gebeurt als de AKP zich wil ontdoen van de militaire voogdij." Deze stemming heeft lang aangehouden en wordt nu beschouwd als een zwarte pagina in de geschiedenis van de linkse beweging.
Nu klinkt het "wacht maar eens af tot Erdogan vertrokken is". De meerderheid van deze mensen riep in 2002 "Laten we de AKP maar vrij baan geven." Door deze mentaliteit is Turkije vijftien jaar achterop geraakt.
Elke strategie die geen afstand neemt van de kapitalisten, het imperialisme en de monopolies moet verworpen worden. Daarom moeten we onze ogen ook niet sluiten voor de documenten die de corruptie onthullen. Vier jaar geleden, tijdens de massale protesten tegen de regering, lieten we onze stem horen en ook nu sluiten we onze ogen niet. Erdogan en al zijn makkers moeten onmiddellijk en onvoorwaardelijk aftreden. Maar, als we niet tegelijkertijd op een krachtdadige manier korte metten maken met hen die het AKP-project in het verleden optuigden, dan valt Turkije niet te benijden.
De dollars die naar het Isle of Man overgemaakt werden zijn nog smeriger dan de winsten die gemaakt werden door het plunderen van Tüpras, Telekom, Sümerbank, Seka en andere geprivatiseerde staatsbedrijven. De hele rotzooi is onderling verbonden. De orde zoals die in Turkije en de wereld bestaat komt allemaal samen tot uitdrukking in Erdogan en zijn kliek die de afgelopen jaren extreem rijk geworden zijn "als dank voor bewezen diensten." Het is hypocriet om alleen maar met bankafschriften te zwaaien zonder verdere vragen te stellen.
De oppositie die optreedt met de claim "hij drijft Turkije weg uit het westerse bondgenootschap" geeft Erdogan bovendien een medaille.
Zolang als Turkije de rekening met de religieuze sekten niet vereffent, met Gülen en Erdogan, maar ook met Koç en Sabancis (de grootste twee monopoliekapitalistische families van Turkije) is het land alleen maar een kat die achter zijn eigen staart aanjaagt.
We mogen niet blijven zwijgen. We moeten ons organiseren en niet toegeven. En we mogen geen steun verlenen aan imperialistische projecten die zeggen "wacht maar af tot...
Dat is wat de bevolking van ons verwacht.
(*) De zaak Zarrab en de documenten van Kiliçdaroglu, 30 november 2017, vertaling Frans Willems.