2019: keerpunt in aftakeling van de vakbeweging?

Kapitaal in problemen

i-004-009.jpg
Demonstratie tegen de pensioenafbraak. (Foto: Manifest/JI)

Jan Ilsink

Ondanks de ronkende successen op de beurs verkeert het kapitalistisch systeem vanaf de jaren 80 in grote problemen om voldoende meerwaarde te vergaren en het stelsel draaiende te houden. Het stuit op toenemende interne tegenspraken om productieve investeringsmogelijkheden te vinden met voldoende meerwaardevorming, dus kapitalistisch rendement. Een wereldwijde aanval op de rechten en arbeidsvoorwaarden van de werkers werd ingezet om het werknemersaandeel in de 'productiekosten' te beperken en zo winsten veilig te stellen. In Europa is deze aanval bekend onder 'Lissabon-agenda', die in alle landen van de Unie is 'uitgerold'.

Met de hervormingsplannen in de verschillende EU-staten is afbraak van arbeidsrechen en -voorwaarden ingezet: afbraak ontslagbescherming, meer flexibiliteit, opheffen beperking arbeidstijd per dag, afschaffen vroegpensioenregelingen en langer doorwerken zijn instrumenten om de EU meer concurrerend te maken met de andere economische grootmachten. Daarnaast moeten privatisering van publieke dienstverlening en marktwerking loonkosten drukken. Want inmiddels is gebleken dat marktwerking niet tot goedkopere dienstverlening leidt maar alleen tot lagere lonen om zo te kunnen concurreren. Want de aanbestedingen van verschillende openbaar vervoermaatschappijen, postbedrijven, zorgaanbieders, energiebedrijven en alle reclame daaromheen moet ook betaald worden. De stroom komt nog steeds uit het stopcontact maar de aanbieders vallen over elkaar heen. In de 'strategie van Lissabon' staat letterlijk het afschaffen van prepensioenregelingen en het langer doorwerken.

Politiek wegbereider afbraak

Alle burgerlijke partijen in uiteenlopende regeringscoalities laten zien dat zij wegbereider zijn voor het veiligstellen van de belangen van het kapitaal: soms enthousiast, soms tegenstribbelend. Omdat in een bijlage bij de Lissabon-strategie ook iets stond over 'sociale rechten' heeft het kabinet Kok dit destijds ondertekend. Dat die bijlagen weinig waard waren is inmiddels wel gebleken. Met deze afbraak toont het kapitalisme steeds minder in staat te zijn de behoeften te vervullen van de bevolking aan voldoende inkomen en sociale voorzieningen.

Met massieve media-offensieven wordt de bevolking murw geslagen om de afbraakpolitiek als enige mogelijke te accepteren. Thatcher: There Is No Alternative! Er zijn echter steeds meer tekenen die erop wijzen dat de bevolking zich meer of minder georganiseerd gaat afkeren van deze politiek, zoals recent de 'gele hesjes-beweging'.

Sociaaldemocratie en sociaal partnerschap

Nederland was onder de paarse regeringscoalities de voorloper in Europa in de afbraak van sociale rechten. Deze werd voorgesteld als vernieuwende hervorming van de arbeidsverhoudingen. Deelname van de sociaaldemocratie aan paars betekende dat ook de vakbeweging hierin werd meegezogen en zich onvoldoende rekenschap gaf van de gevolgen op lange termijn. Vanaf het Akkoord van Wassenaar van 1982 werden in tientallen jaren afbraakplannen min of meer rimpelloos in sociaal-akkoorden vastgelegd. De kapitalistische crisis van 2008-2009, bekend als de 'banken crisis', verhoogde de bereidheid van de sociaaldemocratie om nog meer toegevingen te doen, met als excuus dat die tijdelijk zouden zijn.

Deze onderschikking aan de ideologie en de eisen van het kapitaal en de omvorming van de vakbeweging tot een 'sociale ANWB', leidde enerzijds tot toenemend ledenverlies en anderzijds tot groeiend verzet tegen medewerking aan afbraak. Dit werd o.a. zichtbaar in het afwijzen van het door Jongerius voorbereide 'pensioen-akkoord'. De politiek ving dit mislukte 'akkoord' echter op in het zgn. Kunduz-akkoord, waarin de verhoging van de AOW-leeftijd alsnog, zonder medewerking van de vakbeweging, werd geregeld. De vereenzelviging met 'sociaal partnerschap' betekende ook dat de vakbeweging geen tegenwicht bood tegen massieve ideologische verheerlijking van het individu. Voor jongeren werd lidmaatschap van een vakbond neergezet als zwakte en stagneerde de groei van jonge leden.

Congres van 2017

Op het FNV-congres van mei 2017 werd deze fatale ontwikkeling erkend en vastgelegd dat de 'race naar beneden' moet worden gestopt en gekeerd. Met het aantreden van het kabinet Rutte 3 zonder PvdA, werd een belemmering weggenomen voor de leiding van FNV om alle seinen op groen te zetten tot het bestrijden van de sociale afbraak. Op 16 oktober 2017 werd in Diligentia in Den Haag een 'offensief' aangekondigd tegen de 'race naar beneden'. Nu, ruim een jaar later, is er van dit offensief nog niets terechtgekomen. Dertig jaar 'polderen' heeft zijn sporen nagelaten in FNV, die grote moeite heeft de ideologie van sociaal partnerschap met werkgevers op te geven en te verleggen naar een offensieve koers. De werkorganisatie bestaat voor een groot deel uit personeel dat in de afgelopen 30 jaar is aangeworven vanuit deze ideologie en ook vele kaderleden in de vereniging identificeren zich ermee. Zij missen inzicht en ervaring om zich op een klassenstandpunt te stellen en vakbondsmacht op te bouwen. Het feit dat 'de race naar beneden' alleen te keren is met strijd, legt de zwakte van de huidige vakbeweging bloot.

Pensioenstrijd keerpunt

De strijd om het pensioenstelsel, dat onlangs een belangrijk moment kende toen de onderhandelingen werden afgebroken, toont ook deze zwakte maar kan ook een keerpunt zijn. Het vanuit kaderleden uit de sector Senioren gestarte Actiecomité 'Red het Pensioenstelsel' heeft vanaf haar oprichting eind 2017 beseft dat om de pensioenen te redden economische druk nodig was. Inschakeling in de pensioenstrijd van FNV-sectoren die in bedrijven en instellingen economische druk kunnen uitoefenen werd voortdurend benadrukt. De drie eisen in de campagne om het pensioenstelsel te redden nodigden verschillende sectoren uit zich aan te sluiten:

  1. op tijd (pensioenleeftijd bevriezen op 66 jaar en afschaffing boetes op eerder stoppen, zodat dat in cao's kan worden geregeld)
  2. met voldoende pensioen (pensioen indexeren, van belang voor gepensioneerden en voor pensioenaanspraken van werkenden) en alle werkenden
  3. toegang tot collectief en solidair pensioenstelsel (ook zzp-ers en tijdelijke contracten). De vierde eis in de campagne:
  4. wij accepteren geen verslechteringen, moest voorkomen dat de eisen niet tegen elkaar werden uitgewisseld.

Deze oproep aan de sectoren werd aanvankelijk niet beantwoord. Maar na het afspringen van de onderhandelingen en de daarmee aangetoonde duidelijke onwil van werkgevers en het kabinet, maken de sectoren zich op voor acties. De havenwerkers en de politiebond bijten het spits af in december. In het nieuwe jaar volgen andere sectoren met informatiebijeenkomsten voor de achterban en daarna acties.

Gezamenlijk internationaal optreden vakbeweging

Het jaar 2019 zal duidelijk maken of de vakbeweging in Nederland, met als belangrijkste speler FNV, in staat is zich om te bouwen tot strijdorganisatie. Van de zijde van het kapitaal wordt geen enkele versoepeling verwacht want de internationale concurrentie zal verder toenemen. Concessies worden alleen bereikt met strijd: economische en politieke druk. Dat geldt vooral voor de pensioenen, waarvan premies immers ca 20 procent van de loonsom, dus van de 'loonkosten' uitmaken!

Het is ook van groot belang dat de vakbeweging internationaal gezamenlijk de tegenaanval inzet. De afbraak van sociale rechten wordt immers vanuit Brussel geregisseerd en wordt in elk land afzonderlijk uitgerold. Dat de internationale vakbeweging niet allang een gezamenlijk front heeft geopend, duidt erop dat ook op het internationale niveau van ETUC etc, geen strijdtraditie aanwezig is en de nationale vakbewegingen niet bereid of in staat zijn internationale initiatieven te nemen. Dit toont de zwakte van de internationale arbeidersbeweging aan. Ook hier vormen 'de pensioenen' een goed voorbeeld. In ieder EU-land is de 'pensioenkwestie' aan de orde (geweest), maar in elk land op een ander tijdstip en met iets andere inhoud, afhankelijk van de politieke agenda en de concrete pensioenregelingen. Maar in alle landen met als rode draad: verslechteringen van de pensioenen voor de bevolking! Met een internationaal 'pensioen-initiatief' zou ook de internationale vakbeweging zich versterken.