Skip navigation
Gaswinnnig Groningen

Gas boven Grunn

Dit artikel verscheen in de editie van Manifest van dinsdag 20 juni 2023

Activisten staan voor een gascentrale in groningen met een banner waarop staat "Laat het kapitaal maar geven: stop de gaswinning!"
bron: CJB

Al sinds 1963 zijn de ogen van Holland gericht op de gasbel onder de meest noordelijke provincie van Nederland, Groningen. De scheve verhouding tussen de belangen van de Hollandse regentenklasse en het proletariaat van Stad en Lande gaat in wezen veel verder terug dan zeventig jaar. Hoewel er sindsdien veel veranderd is, laat de schandelijke afhandeling van het aardbevingsdossier zien dat er sprake is van continuïteit. Shell, ExxonMobil, de NAVO en een voormalige minister van buitenlandse zaken met een fascistisch verleden, konden het niet weerstaan om zichzelf te verrijken over de rug van de Groningse bevolking. De geschiedenis toont daarmee aan dat de kapitalisten uitsluitend kiezen voor "Gas boven Groningers".

Introductie

Tijdens het schrijven van dit artikel werd door staatssecretaris van Mijnbouw Hans Vijlbrief aangekondigd dat de gaskraan langzaam en onder voorbehoud dichtgaat:

“Enkel om de elf nog niet gesloten putten in bedrijf te houden, wordt de minimale hoeveelheid van 2,8 miljard kubieke meter gas geproduceerd, ten opzichte van 4,5 miljard kuub in het afgelopen gasjaar (2021). Ter indicatie: tien jaar geleden was dat nog ruim tien keer zo veel.”1

Of nouja, dicht, de gaswinning wordt op een laag pitje gezet. Volgens de staatssecretaris is er aandachtig geluisterd, zijn er talloze rapporten door de parlementaire enquêtecommissie verslonden en hebben zo langzamerhand duizenden gedupeerden hun klachten mogen indienen. Als we de huidige planning aanhouden zal de laatste druppel gas eind 2024 uit Groningen worden onttrokken. Op het eerste gezicht uitstekend nieuws dat bij nader inzien niet zo verheugend is als het lijkt.

Terwijl de redactie van De Volkskrant zich naïef opwindt over de zoveelste goedbedoelde praatjes van ons kapitalistenregime, gaan er in andere ‘kwaliteitskranten’ alweer geluiden op die pleiten voor het doorzetten en uitbreiden van de gaswinning. In een opiniestuk in NRC Handelsblad lezen we het pleidooi van Jilles van den Beukel (25 jaar in dienst bij Shell) en Lucia van Geuns (22 jaar in dienst bij Shell) onder de titel “De vergeten voordelen van Groningen-gas”. In hun column verzetten ze zich tegen de uitkomsten van de parlementaire enquêtecommissie die bewees dat de Groningse bevolking buiten alle proportie is gedupeerd door de gaswinning:

“Het gas dat nu in de bodem achterblijft, zo’n 450 miljard kuub, zou bij de huidige gasprijs ruim 200 miljard euro kunnen opleveren."

“(…) Tot 2012 negeerde de overheid de nadelen van de gaswinning. Nu, tien jaar later, doet de enquêtecommissie het tegenovergestelde en negeert men de voordelen. Men kan de besluitvorming rond Groningen-gas echter niet op waarde beoordelen als men de ogen sluit voor die voordelen en de dilemma’s waarmee de regering werd geconfronteerd.”2

In bijzonder verfijnd jargon leggen deze energieprofessionals uit dat ‘ons land’ ruim 200 miljard euro misloopt als de gaswinning definitief wordt beëindigd. Daarnaast betogen zij dat we het leegtrekken van de Groningse bodem niet uit het oog moeten verliezen omdat Nederland anno 2022 geen gebruik meer kan maken van goedkope Russische gasleveringen. Deze energiespecialisten werken tegenwoordig overigens voor het HCSS, ook wel het Haagse Centrum voor Strategische Studies genoemd. Partners van dit instituut zijn onder andere internationale bedrijven zoals Eneco, IBM, Siemens en Thales maar ook een hoop Nederlandse ministeries, gemeentes, universiteiten, het Amerikaanse ministerie van Defensie en nog veel andere imperialistische zwaargewichten waarbij de NAVO vooral niet mag ontbreken.

Het zou twijfelachtig zijn om te stellen dat er geen kapitalistische belangen gemoeid zijn bij dit pleidooi voor de terugkeer naar de intensieve gasafname van weleer. Het feit dat “per geproduceerde miljard kuub de vrijkomende seismische energie geleidelijk toeneemt” weegt voor hen schijnbaar niet op tegen het winstgevende potentieel van de laatste druppels aardgas.3 De geschiedenis van de jacht op onze waardevolle Groningse grondstofreserves en de invloed van deze belanghebbende burgerlijke partijen, is al zo oud als de gaswinning zelf. Maar hoe kon het dat machtige spelers met diepe wortels in de particuliere sector zoveel zeggenschap kregen over een aardgasschat die in alle redelijkheid toebehoort aan de Groningers en de Nederlandse bevolking?

De verdeling van de aardgastaart

In 1959 werd er een reusachtige gasbel ontdekt onder de Groningse klei. Het Groningerveld, met een zwaartepunt in Slochteren, strekt zich uit vanaf de noordelijkste Nederlandse kop in de Eemshaven tot aan de twee Pekels ter hoogte van Noord-Drenthe. Een natuurlijke energiebron van zo’n 50 bij 40 kilometer waarin kapitalisten amper hoefden te investeren om er de vruchten van te plukken. Het lag er gewoon, in een hoogontwikkeld en bereikbaar imperialistisch centrum. Op kosten van de belastingbetaler zou de grondstof worden omgevormd tot een verhandelbaar goed voor de internationale markt.

In vier jaar tijd werd heel Nederland aangesloten op het aardgas, waarop men vanaf 1963 zelfs in Hilversum in een handomdraai kon stoken. De Nederlandse kooktoestellen werden bijna op centraal geplande wijze aangepast aan de verhoogde druk van een aardgasaansluiting. Rap hierna volgde in veel huishoudens de op aardgas gestookte centrale verwarming. Toch waren het vooral de ovens van de industriële productie die profiteerden van deze overvloedige krachtbron. Aardgas bleek bijvoorbeeld een uitermate geschikte bron voor de verwerking van kunstmest. Tot aan 2022 gebruikte kunstmestfabriek Yara alleen al 500 miljoen kubieke meter Gronings aardgas per jaar – een slordige 11 procent van de jaarlijkse opbrengst.4

Om te achterhalen wie zich als onbetwiste eigenaar van deze aardgasreserves mocht opwerpen, blijven we nog even in het verleden. Omdat Nederlandse communisten al sinds dag één de strijd aanvoeren tegen de scheve verdeling van de Groninger aardgasbaten, heeft onze redactie een waardevol onderzoek kunnen bemachtigen dat werd uitgevoerd door het voormalige onderzoeksorgaan van de CPN (Communistische Partij van Nederland), het IPSO (Instituut voor Politiek en Sociaal Onderzoek). Uit een nauwkeurige bronnenanalyse van het IPSO valt te achterhalen hoe er in de Tweede Kamer van de jaren zestig met een meerderheid gestemd werd voor een zogenaamd “particulier monopolie in exploitatie” van de aardgasbaten. Concreet kwam de stemming neer op het volgende:

“De winning gebeurt door een maatschappij die zestig procent in handen is van de Nederlandse Aardolie Maatschappij (NAM) welke voor de helft aan de Shell en voor de andere helft aan de ESSO (Standard Oil of New Yersey) behoort. Veertig procent is bezit van de DSM (Dutch State Mines – Nederlandse Staatsmijnen). De distributie gebeurt door de Gas-Unie waarvan de helft aan de Nederlandse Aardolie Maatschappij, veertig procent aan de Staatsmijnen en tien procent aan de Staat zelf behoort. De doorslaggevende invloed bezit dus het buitenlandse kapitaal.”5

Het is duidelijk dat het merendeel van de Groningse aardgasbaten al sinds de ontdekking toebehoren aan de private investeerders van het grootkapitaal. Met een overweldigend aandeel van Shell en Esso onder de Nederlandse Aardolie Maatschappij (NAM), in samenspel met het in 1967 verzelfstandigde DSM, kan de mythe dat het aardgas een publiek belang zou dienen definitief onder het tapijt worden geveegd.

Het aanleggen van de benodigde infrastructuur zou dan weer wel voor rekening van de belastingbetaler komen. De N.V. Nederlandse Gasunie is als staatsbedrijf in 1963 opgericht voor de aanleg van pijpleidingen, gasopslag, lng-installaties en verbindingen die aangesloten werden op landen binnen de toenmalige EEG. Langzaam zou ook dit staatsbedrijf in handen van het private kapitaal komen onder het mom van de ‘verzelfstandiging’ die door de Europese Unie in 2005 werd opgelegd. Het meest winstgevende deel van Gasunie zou gesplitst worden in het aparte gashandelbedrijf GasTerra. Per 2022 was de omzet van Gasunie, het gedeelte dat nog in handen is van de Nederlandse staat, zo’n 2,2 miljard terwijl de omzet van GasTerra zo’n 35,5 miljard bedroeg. Het zal dan ook weer toeval zijn dat de aandeelhouders van GasTerra voor 25% uit Shell en 25% uit ExxonMobil (Esso) bestaan.6 Anno 2023 behoort dus niet alleen de winning maar ook de distributie van het aardgas voor het grootste gedeelte toe aan de particuliere sector.

Dat het Groningse aardgas de voorwaarde zou zijn voor onze Nederlandse verzorgingsstaat is een naoorlogs fabeltje dat de overweldigende zeggenschap van buitenlands grootkapitaal opzettelijk verdoezelt. Het gas dat gewonnen werd over de ruggen van duizenden Groningers en later hun huizen zou doen piepen en kraken is mede hierom op geen enkele manier teruggevloeid naar de regio. Uiteraard is hiermee aangenomen dat men bij een volledig burgerlijk staatsmonopolie wel zou investeren in de provincie, wat nog maar de vraag is. Toch is het overduidelijk dat de provincie tot op de dag van vandaag kampt met krimp en economische achterstand:

“Kortgeleden kwam RUG-hoogleraar regionale arbeidsmarktanalyse Jouke van Dijk ook al tot een vergelijkbare conclusie. Hij rekende voor dat de achterstand in het aantal banen in het Noorden in ruim twee decennia is toegenomen van 43.000 naar 68.000.”7

In de jaren zestig stemde de CPN samen met een kleine minderheid tegen het besluit om private partijen de regie te geven over de aardgaswinning. Vooraanstaande CPN'ers, waaronder Fré Meis en Paul de Groot, hebben al sinds de eerste gasvondst gepleit voor een eerlijke verdeling van de opbrengsten en een gerichte investering in de Groninger leefomgeving. Niet alleen omdat de Nederlandse industrie – en daarmee alle kapitalisten van de NAVO-landen – bovengemiddeld profiteerde van de gasbron, maar ook omdat de Groninger achterstelling vergeleken met de rest van het land al veel eeuwen een onbetwistbare werkelijkheid is. Het rapport van het IPSO deed daarom al in 1971 de volgende aanbeveling:

“Positief moet het regeringsbeleid gericht worden op een gelijkwaardige economische en sociale ontwikkeling van alle delen van Nederland, hetgeen inhoudt de doelbewuste inzet van alle middelen die de overheid ter beschikking staan om onverwijld de achteruitgang van Groningen stop te zetten en de achterstand ten aanzien van het westen op te heffen.”8

Koehandel met aardgas

De diplomatieke voordelen van zo’n gigantische energiebron zijn ook niet aan onze Haagse regenten voorbijgegaan. De toenmalige minister van Buitenlandse Zaken, Joseph Luns namens de Katholieke Volkspartij, heeft de exploitatie van het Groningse aardgas gebruikt als een geopolitieke pion. Italië was aan het einde van de jaren zestig naarstig op zoek naar goedkoop gas en de Sovjet-Unie bood aan om het Zuid-Europese land uit de brand te helpen. Dhr. Luns zou hier een stokje voor steken door met Gronings gas de Italiaanse trouw aan het NAVO-bondgenootschap te versterken. De notulen van de ministerraad van 2 juni 1967 geven ons een kraakhelder kijkje in de manier waarop burgerlijke regeringen onderling grondstofreserves verdelen alsof het snoepgoed is:

"Minister Luns deelt vervolgens mede dat hem bij het bezoek aan Rome van Italiaanse zijde is gevraagd of de NAM wat soepeler kan zijn met betrekking tot de aardgaslevering aan Italië’. Minister Andreotti had gezegd ’dat het Nederlandse aardgas voor Italië te duur is, waardoor Italië genoodzaakt is aardgas te betrekken uit de Sovjet-Unie of uit Lybië’.”9

Deze heimelijke onderhandelingen zouden pas veel later aan het licht komen door de inspanningen van Nederlandse communisten. Concreet betekende de deal dat Nederland zo’n 100 miljard m3 (van de totale 2800) aan aardgas voor de spotprijs van 2 cent per m3 zou verkopen aan Italië.10 Als we de eerdere berekening van het HCSS zouden gebruiken waarbij 450 miljard kuub aardgas 200 miljard euro zou opleveren, dan zou meneer Luns in tegenwoordige bedragen zo’n 44 miljard euro hebben weggegeven. Zeer toevallig dat de toenmalige generaal-secretaris van de NAVO, Manlio Brosio, eveneens uit Italië afkomstig is. In 1971 zou hij het stokje overgeven aan niemand minder dan, u raadt het al, Joseph Luns. Luns zou met zijn verleden als Amsterdams corpslid, NSB’er, wapenleverancier aan het fascistische Portugal van Salazar, en voorstander van het behoud van de Nederlandse bezittingen in Indonesië het geschikte curriculum vitae hebben voor de anticommunistische vacature van een NAVO-frontman.11

Hoewel Nederland ook goedkoop aardgas leverde aan Frankrijk, België en Duitsland moet deze toezegging aan Italië toch wel hebben gediend als sociaal glijmiddel voor zijn uiteindelijke aanstelling. Daarbij toont de schaamteloze koehandel waarmee Nederlandse grondstofbronnen voor een spotprijs aan andere NAVO-partners werden verkocht des te meer aan hoe ons aardgas werd gebruikt voor het belang van de kapitalisten. Aangezien de NAM een zelfstandig bedrijf is, waren het naast Joseph Luns de aandeelhouders van Shell en Esso die geprofiteerd hebben van de geopolitieke eensgezindheid onder de NAVO-vriendjes. Het was voor hen natuurlijk geen optie om West-Europese afnemers als klanten te verliezen aan het Oostblok. Gezien de nog altijd levende NAVO-banden met het Haagse Centrum voor Strategische Studies en hun pleidooi in het NRC voor het opschalen van de gaswinning, zien we ook hier overlappende belangen en continuïteit.

Bevingsschade

Het kabinet mag ons dan wel op het hart drukken dat de enquêtecommissie het leed van de Groningers eindelijk heeft erkend, in de praktijk schuilt er nog een zeer praktische oorzaak achter de voorgenomen onderbreking van de gaswinning. Van de in origine 2800 miljard m3 gas is er anno 2023 nog zo’n 450 over.13 Dat betekent dat al meer dan 80% van de gasreserves zijn verwerkt, verkocht, verpacht, weggegeven en met grote winsten zijn verdwenen in de diepe zakken van het grootkapitaal. Dit neemt niet weg dat de extractie het noodlot van tienduizenden Groningers voor de komende vijftig jaar heeft vastgelegd. In de komende decennia zullen er nog tientallen bodemdalingen volgen. Alleen al in 2021 kampten wij hier nog met in totaal 72 aardbevingen boven 1,5 op de schaal van Richter als gevolg van de geïntensiveerde boringen vanaf 2013, toen het aantal aardbevingen nog zo’n 30 bedroeg.13 Het besluit om de gaswinning tot tenminste 2024 door te zetten betekent dus dat Groningers nog vele jaren last hebben van gevaarlijke woonsituaties, dalende WOZ-waardes en kruimels aan compensatie.

De geschiedenis laat ook hier zien hoe de NAM al sinds de vondst van de aardgasbel op de hoogte was van het aardbevingsgevaar:

“De NAM startte in 1963 een geheim onderzoek naar bodemdaling – nota bene in hetzelfde jaar als de waarschuwende brief. Hieruit bleek dat er rekening moest worden gehouden met verzakkingen tot 150 centimeter, dus een halve meter meer dan de verketterde ingenieur (ir. Meiborg) had voorspeld!”14

De betrokken ingenieurs waren al sinds dag één op de hoogte van de aardbevingsrisico's. Bij een vergelijkbare gasbel in Californië was de bodem ook al ingezakt als gevolg van aardgasboringen. Toen deze constateringen aan het licht kwamen, antwoordde de verantwoordelijke minister Paus in 1962: “Zou er toch schade ontstaan,” sloot de minister af, “dan zouden de maatschappijen op grond van de mijnwet hiervoor verantwoordelijk zijn.”15 Inderdaad, de betrokken exploitanten hadden volgens de mijnwet toen ook al hun verantwoordelijkheid moeten nemen. De meer dan 150.000 schadeclaims die nog dagelijks toenemen en de miljarden aan niet geïnvesteerde winsten spreken voor het feit dat er geen sprake is van dergelijke verantwoordelijkheid.

In 2023 weten we inmiddels hoe sterk de correlatie is tussen de intensiteit van de gasboringen en de steeds sterkere aardbevingen. In 1991 werd de eerste aardbeving met een kracht van 2,4 op de schaal van Richter gemeten in Middelstum.16 Sindsdien zijn er alleen maar sterkere aardbevingen geweest en heeft dit wijdverbreid leed veroorzaakt onder vele Groningers. Het is niet alsof de verantwoordelijke instanties dit leed niet zagen aankomen. Een nota van het Staatstoezicht op de Mijnen uit 2012 wijst op brede kennis rondom de blijvende risico’s van de aardgaswinning en de voorspelling voor Groningers in de komende 50 jaar. Uit een brief die de NAM in januari 2013 naar het SodM stuurde blijkt:

“(…) en er een kans van meer dan 50% is dat er gedurende de resterende Groningen productieperiode, die nog meer dan 50 jaar zal duren, één of meer aardbevingen zullen optreden met een sterkte van meer dan 3,9”17

Twijfelachtige voornemens om het veld te sluiten

Toch houdt het kabinet vast aan haar vrome intenties om het aardgasveld te sluiten. In het meest voordelige scenario blijft deze belofte staan en is het vanaf 2024 gedaan met nog meer aardbevingen boven op de voorspelde seismische ongeregeldheden waar we de komende 50 jaar sowieso al last van zullen hebben. Als het aan het HCSS ligt (dat ook de belangen van veel andere ministeries vertegenwoordigt) is het nog maar de vraag of deze voornemens worden verwezenlijkt. Met oog op de onzekere gasvoorraad voor de winter van 2023 en de nijpende vraag naar grondstoffen voor het industriële grootkapitaal (voor de expansie van militaire, diplomatieke en productiedoeleinden) blijft de toekomst verhuld in een diepe mistbank. Recentelijk kondigde het kabinet een steunpakket van 22 miljard aan nadat de gedupeerden om zo’n 30 miljard hadden gevraagd voor investeringen in de regio.18

Een nadere blik op het pakket laat zien dat de besteding van het geld niet alleen tekortschiet in absolute getallen, maar ook in gerichte investeringen die de Groninger arbeidersklasse ten goede zouden komen. 8,6 miljard euro van de 22 miljard was al voor de parlementaire enquête vrijgemaakt voor de industriële conversie naar windmolenparken en waterstofcentrales. 13,5 miljard euro is eigenlijk al het ‘nieuwe’ geld.19 Weer 7,5 miljard van dat bedrag wordt uitgesmeerd over dertig jaar en betekent concreet 250 miljoen euro aan jaarlijkse subsidies voor grootindustriëlen in de Eemshaven. Zij worden in ieder geval gecompenseerd voor hun slinkende winsten als gevolg van de wegvallende economische bedrijvigheid die de aardgaswinning met zich meebracht. Een derde van dat jaarlijkse bedrag gaat naar ‘verduurzaming en economisch perspectief’ en heeft vrijwel niets te maken met de creatie van zekere banen of het tegenhouden van de krimp. Wat voor een economisch perspectief krijgt Groningen? Wat dacht u van de verbreding van de N33 tussen Zuidbroek en de Eemshaven?20


  1. Jurre van der Berg, “Kabinet blijft bij belofte: Groningse gaskraan gaat niet weer open, maar verder dicht,” De Volkskrant, 26-09-2022, geraadpleegd op 17-05-2023, https://www.volkskrant.nl/nieuws-achtergrond/kabinet-blijft-bij-belofte-groningse-gaskraan-gaat-niet-weer-open-maar-verder-dicht~b22d81d0/
  2. Jilles van den Beukel en Lucia van Geun, “De vergeten voordelen van Gronings gas,” NRC Handelsblad, 24-03-2023, geraadpleegd op 19-04-2023, https://www.nrc.nl/nieuws/2023/03/24/de-vergeten-voordelen-van-groningen-gas-a4160375#:~:text=Met%20het%20verlagen%20van%20de,bodemversnelling%20wordt%20overschreden%2C%20zeer%20verminderd
  3. Ibid.
  4. “Yara mag Gronings gas niet meer gebruiken,” Omroep Zeeland, 03-12-2018, geraadpleegd op 19-04-2023, https://www.omroepzeeland.nl/nieuws/11154569/yara-mag-gronings-gas-niet-meer-gebruiken
  5. Paul de Groot, Groningerland-een Nederlands probleem (Instituut voor Politiek en Sociaal Onderzoek, Amsterdam, 1971), 28.
  6. ‘Aandeelhoudersstructuur, GasTerra, geraadpleegd op 07-05-2023, https://www.gasterra.nl/gasterra/aandeelhouders
  7. Loek Mulder, “’Sneeuwbaleffect’ in rijke regio’s zet Groningen steeds verder op achterstand,” RTV Noord, 10-05-2022, geraadpleegd op 12-04-2023, https://www.rtvnoord.nl/nieuws/921539/sneeuwbaleffect-in-rijke-regios-zet-groningen-steeds-verder-op-achterstand
  8. De Groot, 27.
  9. “Notulen van de vergadering gehouden op vrijdag 2 juni 1967 in de Trêveszaal, aangevangen ’s morgens om tien uur ’s middags voortgezet,” Ministerraad, nr. 4189, Ex. nr. 29, 02-06-1967.
  10. Ton de Lange, “'Aardgasveld Slochteren verkwanseld door overheid',” IJmuider Courant, 26-01-2015, geraadpleegd op 19-04-2023
  11. Han van der Horst, “Het is heel voorstelbaar dat juist Joseph Luns wapens leverde voor de koloniale oorlogen van Portugal,” Joop, 27-12-2022, geraadpleegd op 19-04-2023, https://www.bnnvara.nl/joop/artikelen/het-is-heel-voorstelbaar-dat-juist-joseph-luns-wapens-leverde-voor-de-koloniale-oorlogen-van-portugal
  12. “HET GRONINGEN-GASVELD,” Shell, geraadpleegd op 08-05-2023, https://www.shell.nl/media/dossiers/dossier-groningen/het-groningengasveld.html#:~:text=Oorspronkelijk%20was%20de%20voorraad%20gas,n%20500%20miljard%20kubieke%20meter.
  13. “Aardbevingen door gaswinning,” KNMI, geraadpleegd op 24-05-2023, https://www.knmi.nl/kennis-en-datacentrum/uitleg/aardbevingen-door-gaswinning
  14. “NAM weet sinds 1963 van bodemverzakkingen in Groningen: Waarschuwingen geuit door ir. Meiborg,” Andere Tijden, 18-02-2015, geraadpleegd op 07-05-2023, https://www.anderetijden.nl/artikel/598/nam-weet-sinds-1963-van-bodemverzakkingen-groningen.
  15. Ibid.
  16. “GASWINNING DOOR DE JAREN HEEN,” GBB KRANT 15 (Oktober 2020): 19. https://groninger-bodem-beweging.nl/download/gbb-krant/
  17. Ibid.
  18. “'Kabinet komt met 20 miljard euro voor Groningen', veel minder dan gevraagd,” RTV Noord, 20-04-2023, geraadpleegd op 17-05-2023, https://www.rtvnoord.nl/nieuws/1015405/kabinet-komt-met-20-miljard-euro-voor-groningen-veel-minder-dan-gevraagd
  19. Reinalda Start, "Groningen hoopt op stevig Kamerdebat over inlossen ereschuld gaswinning," NOS, 07-06-2023, geraadpleegd op 07-06-2023, https://nos.nl/l/2477930
  20. “Kabinet biedt Groningen 22 miljard euro voor inlossen ereschuld,” RTV Noord, 25-04-2023, geraadpleegd op 17-05-2023, https://www.rtvnoord.nl/nieuws/1016716/kabinet-biedt-groningen-22-miljard-euro-voor-inlossen-ereschuld

Wil je een abonnement op Manifest?

Met jullie hulp garanderen we een communistische visie op de actualiteit in Nederland

Manifest is de krant van de NCPN die tien keer per jaar verschijnt. Met Manifest blijf je op de hoogte van de actualiteit en van onze acties. Manifest belicht verschillende aspecten van de strijd in binnen- en buitenland, en publiceert analyses die inzicht bieden in de nationale en internationale ontwikkelingen vanuit een marxistisch-leninistisch perspectief. Neem nu een abonnement op Manifest of vraag een gratis proefabonnement aan.

Abonneer Nu!