Loonsverhoging beste medicijn volgens apothekersassistenten

Terwijl Nederland de afgelopen weken wordt geteisterd door forse herfststormen en de eerste sneeuw al is gevallen, blijven arbeiders de bazen het vuur aan de schenen leggen. Zo ook de apothekersassistenten, een groep die al sinds september actie voert voor een betere cao. Een opvallende ontwikkeling in positieve zin, aangezien deze sector niet vaak zo massaal georganiseerd staakt.

Apothekersassistenten zijn een onmisbare schakel in de zorg, maar ervaren een zware werkdruk zonder passende beloning. De medewerkers worden volgens vakbonden CNV en FNV niet gezien als essentiële werkers die ervoor zorgen dat patiënten tijdig de juiste medicijnen krijgen, maar vooral als een kostenpost op de begroting. Een schoolvoorbeeld van de vermarkting van de zorgsector. Het grootste obstakel zijn namelijk niet de apothekersbazen, want het lijkt erop dat zorgverzekeraars geld achterhouden, de zogenaamde OVA-gelden, de Overheidsbijdrage in de Arbeidskostenontwikkeling (OVA). Deze zijn bedoeld om marktconforme salarissen en arbeidsvoorwaarden mogelijk te maken in de zorg. De OVA-gelden worden vanuit de overheid aan zorgverzekeraars uitgekeerd zodat het salaris van de apotheekmedewerkers mee kan stijgen met de algemene loonontwikkeling. De praktijk blijkt toch een bittere pil: dit geld komt vooral terecht in de zakken van de zorgverzekeraars. Apothekersbazen geven aan dat ze geen loonsverhogingen kunnen geven zolang de OVA-gelden niet worden meegenomen in zorgcontracten die zij moeten afsluiten met zorgverzekeraars en schuiven zo het probleem af op de arbeiders. Door deze passieve houding moeten apotheekassistenten nu genoegen nemen met een salaris net boven het minimumloon. Ter illustratie: in de ziekenhuisapotheken, die een andere cao hebben, liggen de lonen boven de 16 euro omdat ziekenhuizen de OVA-gelden wel ontvangen. Het achteroverdrukken van OVA-gelden is een kwalijke ontwikkeling aangezien de assistenten de dupe worden van een conflict tussen apotheker, zorgverzekeraar en overheid. Terwijl de cao-onderhandelingen muurvast zitten, blijven de apothekersassistenten dapper strijden voor hun belang met estafettestakingen en demonstraties. De bonden eisen nu een 6 procent loonsverhoging en een minimumloon van 16 euro. Het moge duidelijk zijn, toegeven aan de vermarkting van de zorg zit er niet in deze keer: zachte heelmeesters maken immers stinkende wonden.

Niet alleen de apothekersassistenten strijden voor hun belang deze maanden, ook in het hoger onderwijs is het alle hens aan dek. Het nieuwe extreemrechtse kabinet kondigde bij haar aantreden aan zo’n 1 miljard euro te willen bezuinigen op onderwijs. Met deze maatregel, waardoor mogelijk drie universiteiten verdwijnen volgens koepelorganisatie Universiteiten van Nederland, wil de regering meer geld naar defensie en de verdere militarisering van de samenleving pompen. Een bijzonder zorgelijke tendens voor arbeiders in Nederland. Zij hebben juist niks te winnen bij de oorlogen die kapitalisten voeren om nieuwe afzetmarkten, grondstoffen en winsten te veroveren. De strijd voor beter en toegankelijk onderwijs wordt echter niet overal gesteund: op 14 november trokken de vakbonden FNV en de AOB zich nog terug na vage uitspraken van de burgemeester van Utrecht over de veiligheid van de demonstratie en het mogelijk kapen van het protest door pro-Palestijnse demonstranten. Dankzij doortastend handelen van met name de studentenvakbonden en de Communistische Jongerenbeweging vond de demonstratie alsnog succesvol plaats met duizenden aanwezigen in Utrecht, en honderden toehoorders op verschillende andere plekken in het land. Een nieuwe demonstratie in Den Haag op 25 november bleek eveneens succesvol, nu wel met steun van FNV en AOB. Hier lieten 25.000 docenten, onderwijsmedewerkers en studenten zich luidkeels horen tegen de monsterlijke bezuinigingen. Die solidariteit is meer dan ooit nodig, want van bezuinigingen op onderwijs worden enkel de rijken beter.

In de vorige krant meldden we al dat het rommelt op de werkvloer van Heineken, en dat bleek geen klein bier. Honderden werknemers legden dinsdag en woensdag het werk neer, in Den Bosch en Zoeterwoude. De FNV vindt, namens de 3.700 medewerkers, dat er minstens een loonsverhoging van 7 procent in een jaar en een automatische prijscompensatie voor toekomstige inflatie in het vat zit. Ook de toeslagen voor weekendwerk mogen niet verslechteren, vinden de stakers. De vakbond merkt hoe medewerkers zich totaal niet gewaardeerd voelen door de voorstellen van de directie: “Niet gek dus dat honderden werknemers het werk neerleggen. Dat doen zij volgende week opnieuw als Heineken niet naar ons gaat luisteren.”