Skip navigation

Citaat van de Maand

"

Welke gedaante een republiek, zelfs de meest democratische, ook aanneemt, als zij een burgerlijke republiek is, als zij de private eigendom van grond, bedrijven en fabrieken handhaaft en als het private kapitaal de hele maatschappij in loonslavernij houdt, dat wil zeggen als zij niet uitvoert wat in ons programma staat en in de sovjet grondwet, dan is die staat een machine ter onderdrukking van mensen door mensen. Wij zullen deze machine in handen brengen van de klasse die de macht van het kapitaal omverwerpt. We zullen alle oude vooroordelen over de staat die universele gelijkheid betekent, afwijzen want dat is bedrog: zolang er uitbuiting bestaat kan er geen sprake zijn van gelijkheid. De grootgrondbezitter kan niet gelijk zijn aan de werkman, of de hongerige aan de verzadigde. Het proletariaat werpt deze machine, staat genaamd, waarvoor de mensen met bijgelovig ontzag bogen, geloof hechtend aan de oude sprookjes over volksmacht; het proletariaat werpt deze machine aan de kant en verklaart het een burgerlijke leugen. We hebben deze machine aan de kapitalistenklasse ontnomen en overgenomen. Met deze machine, of knuppel zullen we alle uitbuiting vernietigen. En wanneer de mogelijkheid tot uitbuiting nergens ter wereld meer bestaat, wanneer er geen bezitters van grond en van fabrieken meer zijn en wanneer er geen situatie meer is waarin er een paar zwelgen en de anderen verhongeren, pas wanneer dit niet meer mogelijk zal zijn zullen we deze machine op de vuilnishoop gooien. Dan zal er geen staat meer zijn en geen uitbuiting. Dat is het standpunt van onze communistische partij. Ik hoop dat we in volgende colleges weer op dit onderwerp zullen terug komen, en nog eens en nog eens."

Lenin, 1919
Toespraak aan de Sverdlov Universiteit "Over de staat"