Skip navigation
Oekraïne

De imperialistische oorlog in het licht van internationale ontwikkelingen

Militairen trainen in Polen met een antitankraket, dat later zal worden gebruikt aan het front in Oekraïne.
Foto: US Forest Service

Hieronder publiceren we een bijdrage van de Commissie Internationaal van het Partijbestuur van de NCPN aan de 13e editie van International Communist Review. Het ICR is een samenwerkingsverband tussen theoretische tijdschriften van communistische- en arbeiderspartijen, met als doel bij te dragen aan de verspreiding en ontwikkeling van marxistisch-leninistische theorie. De editie is gewijd aan imperialistische oorlog en bevat daarnaast artikelen over kunstmatige intelligentie, politieke ontwikkelingen in Venezuela en conflicten om handelsroutes en grondstoffen in Centraal-Azië.

In de afgelopen jaren is er een toename van internationale conflicten en oorlogen geweest. Met bijvoorbeeld de escalatie van de oorlog in Oekraïne, de toenemende spanningen in Oost-Europa, de Balkan en de Kaukasus; de escalatie van conflicten in het Midden-Oosten en de genocide tegen het Palestijnse volk die door de Israëlische staat wordt gepleegd; de toenemende spanningen rond Taiwan, de Zuid-Chinese Zee en andere gebieden in Azië; en de (gewapende) conflicten in Afrika en andere delen van de wereld. Deze oorlogen kosten duizenden mensenlevens. Miljoenen mensen raken ontheemd en worden gedwongen hun huizen te verlaten.

De Nederlandse staat is betrokken bij veel van deze internationale conflicten en oorlogen. Er worden miljarden uitgegeven aan bewapening voor Oekraïne en Israël. De militaire uitgaven worden verhoogd om de NAVO-norm van 2 procent van het BBP te halen. De discussie over dienstplicht wordt weer opgeworpen, terwijl het leger adverteert op scholen om jongeren aan te trekken. Met de intensivering van de concurrentie en de tegenstellingen tussen imperialistische machten, wordt de kwestie van vrede steeds urgenter. In dit artikel schetsen we heel kort het standpunt van de NCPN over imperialistische oorlogen en hun oorzaken, de huidige ontwikkelingen in de herschikkingen in de internationale machtsverhoudingen, en de rol van de Nederlandse bourgeoisie in imperialistische concurrentie en oorlogen. Het standpunt van de NCPN over dit onderwerp werd uitvoerig besproken op een partijconferentie in juni 2023, wat de basis vormt voor de visie die in dit artikel wordt uiteengezet.

De wortels van imperialistische oorlogen

Bij het beoordelen van een oorlog is het belangrijk om te bepalen welke klasse de oorlog voert, met welk doel en in welke historische fase. De bourgeoisie kan talloze voorwendselen voor een oorlog bedenken, zoals zelfverdediging, het beschermen van minderheden, het bestrijden van terroristen, fascisten of fundamentalisten, het verdedigen van democratie, enzovoort. Om echter de ware oorzaak van imperialistische oorlogen te begrijpen, is het noodzakelijk om voorbij deze voorwendselen te kijken en te begrijpen dat aan de basis van hedendaagse ontwikkelingen in het imperialistische systeem en internationale betrekkingen bepaalde economische ontwikkelingen liggen.

De oorzaken van imperialistische oorlogen liggen in de belangen van de uitbuiters, die onderling strijden om controle over grondstoffen, transportroutes, markten en invloedssferen. Imperialistische oorlogen zijn het gevolg van het kapitalistische systeem dat winst als hoogste goed beschouwt. Wanneer het nodig is om de winsten van grote bedrijven veilig te stellen, aarzelen kapitalistische staten niet om het bloed van hun inwoners op te offeren op het altaar van winst.

Imperialistische oorlog, als middel om territoria en controle over hulpbronnen, markten, invloedssferen en transportroutes opnieuw te verdelen, is een essentieel kenmerk van imperialisme. De wetten van kapitalistische ontwikkeling creëren objectief en noodzakelijkerwijs de voorwaarden voor internationale conflicten en hun escalatie tot oorlogen. Bijvoorbeeld: de wet van ongelijke ontwikkeling is van toepassing op de kapitalistische economische ontwikkeling, waarbij de versterking van de ene kapitalistische economie ten koste van een andere de internationale machtsverhoudingen tussen kapitalistische staten en imperialistische allianties beïnvloedt. Dit intensiveert de concurrentie tussen kapitalistische staten.

De bourgeoisie van landen die economisch sneller groeien, zal controle over extra hulpbronnen nodig hebben om hun economische groei te ondersteunen, evenals controle over transportroutes en markten om hun goederen te verkopen, kapitaal te exporteren, enzovoort. Met de toename van hun economische kracht, eist de bourgeoisie van een land ook meer diplomatieke en geopolitieke invloed, ten koste van de bourgeoisie van concurrerende landen. De concurrenten zullen hun aandeel echter niet zonder strijd opgeven. De wet van ongelijke ontwikkeling verschuift voortdurend de machtsverhoudingen tussen de monopolies en tussen kapitalistische landen, wat de hevige concurrentie onder hen aanwakkert.

Een andere factor die bijdraagt aan het verscherpen van de inter-imperialistische tegenstellingen is dat kapitalistische economische groei regelmatig wordt onderbroken door economische crises, zoals in 2020. In tegenstelling tot de beweringen van bourgeois economen is de crisis geen afwijking van de economische ontwikkeling onder het kapitalisme, veroorzaakt door externe factoren (zoals de pandemie). Integendeel, de crisis is een wet en een noodzakelijke consequentie van de kapitalistische economische ontwikkeling zelf. Deze crises treffen verschillende economieën ongelijk. Staten verschillen ook in hun vermogen om de impact van kapitalistische economische crises te verzachten. Zo uit de wet van ongelijke ontwikkeling zich ook in crisistijden, en verandert het de machtsverhoudingen.

De toename van imperialistische concurrentie manifesteert zich op verschillende manieren. Bijvoorbeeld in de huidige trend naar protectionistische maatregelen die buitenlandse concurrentie willen beperken ten gunste van delen van binnenlands kapitaal die daar belang bij hebben. Dit gebeurt met invoertarieven, invoerquota, procedurele barrières, productnormen, sancties, subsidies voor binnenlandse productie, enzovoort. Tijdens dit proces zien we verschillende handelsoorlogen waarin staten sancties en protectionistische maatregelen tegen elkaar opleggen. Een typisch voorbeeld is de handelsoorlog tussen de VS en China, maar ook de terugkerende spanningen tussen de VS en de EU, met sancties tegen Duitse monopolies door de VS en vice versa.

Echter, imperialistische concurrentie wordt niet alleen op economisch en diplomatiek niveau geuit. De versterking van de ene kapitalistische economie ten koste van de andere gebeurt niet ‘vreedzaam’, maar vormt het toneel voor algehele imperialistische conflicten tussen imperialistisch-kapitalistische landen en blokken. Imperialistische landen die een voordelige positie hebben in het internationale imperialistische systeem, proberen hun invloed in het buitenland te vergroten, vooral in kapitalistische landen die economisch, politiek en militair lager in de imperialistische hiërarchie staan. Wanneer economische en diplomatieke druk niet voldoende is, probeert het kapitaal zijn belangen op te leggen via imperialistische interventies en oorlogen, het openen van markten voor kapitaalexport, het verdrijven van concurrerende monopolies, het veiligstellen van hulpbronnen en transportroutes, enzovoort. Dit is concreet te zien in de vele imperialistische interventies namens de Verenigde Staten, de NAVO, en daarmee ook het Nederlandse kapitaal in landen zoals Irak, Afghanistan, Libië, enzovoort, waar de belangen van het Euro-Atlantisch kapitaal botsten met de belangen van concurrerende monopolies (bijvoorbeeld Russisch kapitaal) die in deze landen actief zijn.

De noodzaak om te concurreren, hulpbronnen te verkrijgen, transportroutes veilig te stellen en concurrenten te neutraliseren, speelt een belangrijke rol in de transformatie van imperialistische concurrentie naar imperialistische oorlogen. Dit toont aan dat imperialisme oorlog brengt, ‘zoals wolken regen brengen’.

Herschikkingen en verscherping van internationale tegenstellingen

De oorlogen die momenteel wereldwijd worden gevoerd, kunnen niet worden begrepen zonder specifiek te kijken naar de huidige evolutie van de internationale machtsverhoudingen. Natuurlijk is het onmogelijk om binnen het kader van dit artikel een volledige analyse te geven, maar het is nuttig om enkele aanwijzingen te bekijken.

De algemene trend van de afgelopen decennia is de versterking van de economische positie van met name China en, op enige afstand, andere BRICS-landen (Brazilië, Rusland, India en Zuid-Afrika), ten koste van het aandeel van de VS, de EU, het VK en Japan. Het zwaartepunt in de internationale betrekkingen verschuift steeds meer naar Azië. Daar woont het merendeel van de wereldbevolking (en dus de arbeidskracht) en het continent is rijk aan talloze hulpbronnen. Het aandeel van Azië in het mondiale BBP overschaduwt dan ook steeds meer de respectievelijke bijdrage van andere continenten.

De concurrentie tussen de VS en China neemt steeds meer een centrale plaats in binnen de internationale tegenstellingen. Chinese monopolies exporteren kapitaal naar veel delen van de wereld waar het kapitaal van de VS eerder domineerde. Deze kapitaalexport vindt bijvoorbeeld plaats via het zogenoemde ‘One Belt, One Road’-initiatief en andere projecten waarbij enorme investeringen van Chinese monopolies worden gedaan in Azië, Afrika, Zuid- en Midden-Amerika en Europa. De investeringen richten zich voornamelijk op infrastructuur, energie en telecommunicatie, maar ook andere sectoren. Deze projecten verzekeren grondstoffen en markten voor Chinees kapitaal.

Op basis van de herschikkingen in de internationale machtsverhoudingen, die, zoals vermeld, noodzakelijk plaatsvinden als gevolg van de wet van ongelijke ontwikkeling en andere factoren, verscherpen internationale tegenstellingen zich over de herverdeling van controle over grondstoffen, transportroutes, markten en ook territoria.

De concurrentie tussen de VS en China intensiveert. Dit speelt een steeds centralere rol in internationale tegenstellingen. Het Amerikaanse leger richt zijn aandacht daarom steeds meer op de Indische en Pacifische Oceaan, een regio waar de VS talrijke militaire bases en marinehavens heeft. Deze Amerikaanse ‘Pivot to Asia’ werd in 2011 onder de regering-Obama aangekondigd. De doelstellingen omvatten onder andere het versterken van de aanwezigheid van de Amerikaanse strijdkrachten, met name de Amerikaanse marine, in de regio. Meer specifiek omvat dit het inzetten van het merendeel van de Amerikaanse marine in het Pacifische gebied. De VS uiten hun bezorgdheid over het feit dat China inmiddels een grotere marine heeft (qua aantal schepen) en de overhand dreigt te krijgen op het gebied van ballistische raketten, luchtverdedigingssystemen, enzovoort. China heeft de militaire uitgaven de afgelopen jaren voortdurend verhoogd en opende in 2017 zijn eerste buitenlandse basis in Djibouti.

Een uiting van deze oriëntatie van de VS zijn ook de militaire allianties die de VS de afgelopen jaren heeft aangegaan. Een politieke en militaire alliantie werd in 2017 (opnieuw) opgericht met Australië, Japan en India (Quad). Samen met Australië en het VK kondigde de VS op 15 september 2021 de oprichting van AUKUS aan, een maand na de terugtrekking van Amerikaanse troepen uit Afghanistan. Dit omvat een economische, politieke en militaire alliantie die duidelijk gericht is op concurrentie met China. De overeenkomst die de VS met de Taliban sloot en de terugtrekking van Amerikaanse troepen uit Afghanistan moeten ook worden gezien in het kader van de herschikking van Amerikaanse prioriteiten op basis van strategische belangen.

Ook het VK en Frankrijk, waarvan het kapitaal veel handel en investeringen in Azië heeft en daar kansen ziet, ontwikkelen hun militaire aanwezigheid en diplomatieke betrekkingen in die regio.

De Zuid-Chinese Zee, waar ongeveer een derde van het mondiale maritieme transport doorheen gaat, vormt eveneens een belangrijk toneel. In deze regio speelt ASEAN een belangrijke rol. Dit is een economische en politieke unie van 10 landen in Zuidoost-Azië. ASEAN heeft sinds november 2002 een vrijhandelszone met China en onderhoudt ook betrekkingen met de VS, Rusland en de EU.

Rusland, waarvan onomstotelijk vaststaat dat het tegenwoordig een kapitalistisch land is en deel uitmaakt van het internationale imperialistische systeem, speelt een belangrijke rol in inter-imperialistische tegenstellingen. Qua omvang van de economie is het een land met sterke monopolies in energie, zware industrie, nieuwe technologieën, enzovoort, en staat het wereldwijd op de vijfde plaats wat betreft miljardairs, ondanks enkele zwakke punten. Het heeft relatief veel diplomatieke invloed en militaire slagkracht. Met zijn militaire interventie in Syrië, na de door de VS geleide interventie, slaagde Rusland erin de plannen van zijn concurrenten te dwarsbomen ten gunste van de belangen van het Russische kapitaal in de regio.

De grote tegenstellingen tussen de VS, NAVO en EU enerzijds, en Rusland en zijn bondgenoten anderzijds, worden ook weerspiegeld in ontwikkelingen in Oost-Europa. De escalatie van de imperialistische oorlog in Oekraïne, waarbij duizenden omkwamen en miljoenen werden ontheemd, volgde op de opgebouwde spanningen, waaronder de reactionaire staatsgreep, het associatieverdrag met de EU en de annexatie van de Krim door de Russische Federatie in 2014.

In de verhoudingen tussen de VS en de EU, met name Duitsland, nemen de concurrentie en tegenstellingen toe. Dit kwam onder andere tot uiting in het mislukken van onderhandelingen over een vrijhandelsverdrag (TTIP) in 2019, maar ook in protectionistische maatregelen en sancties tegen elkaars monopolies. Tegelijkertijd zijn er ook nieuwe pogingen tot nauwere samenwerking in het licht van de concurrentie tegen China, evenals Rusland en andere blokken, bijvoorbeeld door de NAVO te versterken.

Binnen de EU zijn echter ook talrijke tegenstellingen. Deze komen naar voren tijdens vastgelopen onderhandelingen over diverse onderwerpen. Verschillende delen van het kapitaal hebben in elke lidstaat belang bij meer of minder EU-integratie. Er is een duidelijke trend van burgerlijk euroscepticisme, dat delen van de bourgeoisie uitdrukt die belang hebben bij minder intensieve samenwerking of in sommige gevallen zelfs het verlaten van de EU, vaak omdat ze de deur open willen houden voor samenwerking met concurrerende machtsblokken of omdat dit om andere redenen voordeliger is.

Het moge duidelijk zijn dat dit slechts enkele aanwijzingen zijn. De internationale situatie is voortdurend in ontwikkeling en zeer complex. In het algemeen resulteren de verschuivingen in de internationale machtsverhoudingen tussen kapitalistische landen en imperialistische blokken in een verscherping van internationale tegenstellingen en de problemen veroorzaakt door de overaccumulatie van kapitaal. De huidige oorlogen en imperialistische interventies houden verband met deze herschikkingen en tegenstellingen en dragen het risico in zich van een meer gegeneraliseerde imperialistische oorlog.

De rol van de Nederlandse bourgeoisie in de imperialistische conflicten en het voorbeeld van Oekraïne

Het Nederlandse kapitaal speelt een actieve rol in deze inter-imperialistische tegenstellingen. Het participeert in imperialistische allianties zoals de EU en de NAVO, waarin de Nederlandse bourgeoisie probeert haar positie te versterken en haar belangen te bevorderen. Nederland is steeds meer betrokken bij militaire interventies, meestal in het kader van de NAVO of de EU. De uitgaven aan ‘defensie’ zijn in enkele jaren bijna verdubbeld tot 21,4 miljard euro.1 Het doel is om de belangen van het Nederlandse grootkapitaal in het buitenland te waarborgen en haar invloed uit te breiden. Daarbij bemoeit de Nederlandse staat zich vooral met het Caribisch gebied, waar Nederlandse koloniën nog steeds bestaan als restanten van het koloniale systeem. Echter, de Nederlandse bourgeoisie richt haar blik nu ook op Oekraïne, als onderdeel van haar afstemming met de belangen van de NAVO en de EU.

De uitbraak van de imperialistische oorlog in Oekraïne is het resultaat van escalerende tegenstellingen tussen verschillende imperialistische machten. Twee volkeren die ooit vreedzaam samenleefden in de socialistische Sovjet-Unie staan nu tegenover elkaar in een bloedige oorlog. Van beide kanten, zowel van de kant van de reactionaire Oekraïense regering en haar NAVO-bondgenoten als van de kapitalistische Russische Federatie, worden valse voorwendselen aangevoerd om de imperialistische oorlog te rechtvaardigen. Maar in wezen is de oorlog aan beide kanten een imperialistische oorlog die wordt gevoerd voor de belangen van de monopolies.

De Nederlandse bourgeoisie heeft een groot belang bij het verdedigen van de reactionaire Oekraïense regering en de belangen van het Euro-Atlantische imperialistische blok waartoe het behoort en waarin het haar eigen strategische doelen probeert te bevorderen. Hiervoor zet zij ook aanzienlijke financiële middelen in. Laten we eens kijken naar wat de Nederlandse burgerlijke staat ons trots vertelt over wat zij doet om Oekraïne ‘te helpen’.

In 2023 heeft de Nederlandse bourgeoisie een garantie van €200 miljoen toegezegd aan de EU-begroting voor Macro-Financial Assistance (MFA). Daarnaast ontvangt Oekraïne een lening van €200 miljoen via het Internationaal Monetair Fonds, een garantie van €100 miljoen via de Wereldbank en €27,5 miljoen via de Europese Bank voor Wederopbouw en Ontwikkeling (EBRD). De Nederlandse bourgeoisie heeft €90 miljoen bijgedragen via het Ukraine Relief Trust Fund van de Wereldbank, €72 miljoen via de EBRD voor de Oekraïense energiedistributeur Ukrenergo, en €18 miljoen voor de levering van onderdelen voor het elektriciteitsnet.

Een aanzienlijk deel van de zogenaamde ‘hulp aan Oekraïne’, ter waarde van €65 miljoen, is bestemd voor het Nederlandse en Oekraïense bedrijfsleven. Dit omvat €50 miljoen voor infrastructuurherstel en €15 miljoen ter ondersteuning van kleine en middelgrote ondernemingen. Verdere inspanningen voor wederopbouw omvatten een bijdrage van €1 miljoen via de Vereniging van Nederlandse Gemeenten voor plannen in Cherson, Odessa en Mykolajiv.

Op militair gebied is er tot nu toe door de Nederlandse staat voor maar liefst €2,63 miljard aan voorraden, wapens, militaire voertuigen en andere militaire goederen geleverd aan Oekraïne. Dit omvat tientallen tanks, F-16 gevechtsvliegtuigen, patriot- en andere raketsystemen, meer dan duizend militaire voertuigen en nog veel meer.2

Alleen al in 2023 werd €1,6 miljard toegewezen voor directe leveringen, aankoop van militaire goederen en bijdragen aan het International Fund for Ukraine en het NAVO Trust Fund.3 In 2024 zal het totale bedrag aan financiële steun nog eens €2 miljard bedragen, in lijn met de beloften aan de NAVO. De staat zal ook €102 miljoen beschikbaar stellen voor ‘humanitaire steun’, herstel en wederopbouw voor de eerste vier maanden van 2024. Daarnaast wordt €89 miljoen vrijgemaakt voor verantwoordingsmaatregelen, waaronder kosten in verband met de toekomstige huisvesting van een speciaal ‘Oekraïne-tribunaal’.

De economische en politieke steun van de Nederlandse burgerlijke staat is niet uit ‘liefdadigheid’ voor het Oekraïense volk, dat slachtoffer is geworden van de imperialistische blokken en hun reactionaire regering. Het belang van de Nederlandse monopolies bij het ‘heropbouwen’ van Oekraïne ligt in de enorme winstgevendheid van deze nieuwe markt voor constructie. Zonder twijfel zien Nederlandse bedrijven Oekraïne als een object voor winstgevende kapitaalexport. De Nederlandse burgerlijke staat, als de ‘universele kapitalist’, ondersteunt hen hier volledig in.

Nederlandse bedrijven kunnen subsidies aanvragen als zij een project willen uitvoeren samen met een Oekraïense organisatie. In het zogenaamde Partnership Fund is €25 miljoen beschikbaar voor subsidies van 500.000 tot 5 miljoen euro voor Nederlandse bedrijven en ‘maatschappelijke organisaties’ die willen samenwerken aan herstel en wederopbouw. Bovendien is er €60 miljoen aan exportkrediet beschikbaar.

Oekraïne’s economie is relatief klein, maar heeft een hoogopgeleide bevolking. Het land beschikt over veel landbouwgrond en heeft ongeveer 40 miljoen inwoners. Hierdoor zijn er veel kansen voor Nederlandse bedrijven, vooral in de landbouwsector en logistiek (transport, apparatuur), maar ook in havenontwikkeling. Momenteel zijn ongeveer 250 Nederlandse bedrijven actief in Oekraïne.

Het grootste deel van de samenwerkingsovereenkomst bestaat uit afspraken die bedoeld zijn om de handel met de imperialistische EU te vergemakkelijken, met de oprichting van een vrijhandelszone. Handelsbarrières zullen verdwijnen naarmate Oekraïne zich aanpast aan Europese regels en bijvoorbeeld invoertarieven verlaagt. Dit zal Europese bedrijven ongeveer €390 miljoen per jaar besparen. Nederlandse bedrijven krijgen betere toegang tot een grote markt van 40 miljoen consumenten. Nederland exporteerde in 2018 ongeveer €974 miljoen naar Oekraïne. In 2014 was dat ongeveer €775 miljoen. Daarnaast is Oekraïne een van de meest vruchtbare landen ter wereld, de ‘graanschuur van Europa’. De Nederlandse bourgeoisie in de agrarische sector wil daarom ook profiteren van ‘eenvoudigere’ handel met Oekraïne.4

Zoals Lenin in zijn boek Imperialisme5 zegt: “Zolang het kapitalisme kapitalisme blijft, wordt het kapitaaloverschot niet gebruikt voor verhoging van het levenspeil van de massa in het betreffende land (dat zou immers een vermindering van de winst van de kapitalisten betekenen), maar voor verhoging van de winst door middel van kapitaalexport naar achtergebleven landen.”

Op militair vlak zegt het Nederlandse ministerie van Defensie, zoals eerder vermeld2:

  • Directe levering: vanuit de eigen militaire voorraden leverde Defensie materieel aan Oekraïne. Omdat het ook geld kost om de geleverde goederen weer aan te vullen of te vervangen, komen de totale kosten voor Nederland op €1,64 miljard.
  • Commerciële levering: Nederland heeft ook militaire goederen gekocht voor Oekraïne. Voor een bedrag van €2,02 miljard.
  • Internationaal fonds voor Oekraïne: Nederland stortte €125 miljoen in het International Fund for Ukraine. Vanuit het fonds wordt militair materieel voor Oekraïne betaald dat de industrie rechtstreeks levert.
  • NAVO-trustfonds: Nederland draagt €100 miljoen bij aan het NAVO Ukraine Comprehensive Assistance Package (UCAP). Hieruit worden goederen en voorzieningen betaald zoals brandstof, medische voorzieningen, winteruitrusting en jammers om drones te verstoren. Het gaat bij dit fonds om de zogenoemde niet-letale steun, dus geen wapens of wapensystemen.”

Militaire goederen omvatten2:

  • "T-72-tanks (60 stuks), YPR-pantserrupsvoertuigen waaronder voor berging en les (353 stuks), Fennek-verkenningsvoertuigen en Viking-rupsvoertuigen. Leopard 1-tanks samen met Denemarken en Duitsland (ten minste 100 stuks), Leopard 2A4-tanks samen met Denemarken (14 stuks).”
  • “PzH2000 pantserhouwitsers (8 stuks), M109-houwitsers en 120mm-mortieren.”
  • “Patriot-lanceerinstallaties (5 stuks), Patriot-radarsysteem (1 stuk), Patriot-luchtverdedigingsraketten, MR-2 mobiele luchtdoelkanonnen (100 stuks), Bofors 40L70 40mm-luchtdoelkanonnen (20 stuks), VERA-NG systemen (4 stuks), raketten en raketsystemen voor luchtverdediging en dronebestrijding, zoals de Stinger.”
  • “F-16-jachtvliegtuigen (24 stuks)”

Naast de financiële steun en de levering van wapens draagt de Nederlandse krijgsmacht bij aan de training van het Oekraïense leger. Bovendien heeft de Nederlandse staat gevechtsvliegtuigen, marineschepen en militairen naar Oost-Europa gestuurd in het kader van de NAVO.

Het bovenstaande toont aan hoe de Nederlandse bourgeoisie het Nederlandse volk meesleept in haar gevaarlijke EU-NAVO plannen, ten koste van veiligheid en welzijn. Alleen de NCPN verzet zich tegen deze plannen, zonder illusies over hervormingen of over de rol van kapitalistisch Rusland in dit bloederige imperialistische conflict.

We moeten opmerken dat de Nederlandse regering en Nederlandse monopolies ook (militaire) steun verlenen aan Israël, waaronder reserveonderdelen voor F-35 gevechtsvliegtuigen die worden gebruikt in de genocide tegen het Palestijnse volk.

De strijd voor vrede en socialisme

De huidige ontwikkelingen tonen de noodzaak aan van de strijd voor vrede, de strijd tegen de oorzaken die imperialistische oorlogen doen ontstaan, en de omverwerping van kapitalistische uitbuiting. De NCPN zal initiatieven blijven ondersteunen tegen imperialistische oorlogen en interventies, en voor vrede. Nederland heeft een georganiseerde vredesbeweging nodig met een klassenbewuste, anti-imperialistische oriëntatie.

De Nederlandse arbeidersklasse moet zich verzetten tegen elke deelname of steun van de Nederlandse staat aan imperialistische oorlogen en interventies. De NCPN is tegen bewapening, kernwapens (die namens de VS in Nederland zijn gestationeerd), militarisering en ideeën om de dienstplicht opnieuw in te voeren, waarmee de jeugd van de Nederlandse arbeidersklasse beschikbaar wordt gesteld als kanonnenvoer voor de plannen van het Nederlandse grootkapitaal en de NAVO.

Op ideologisch vlak bestrijden we oorlogszucht, chauvinisme en nationalisme, en bevorderen we de waarden van proletarisch internationalisme, internationale solidariteit en vriendschap tussen volkeren. We steunen en organiseren protesten en internationale solidariteitsacties, bijvoorbeeld met het Palestijnse volk dat strijdt voor nationale bevrijding.

De hypocrisie van het pacifisme moet worden blootgelegd, en het is belangrijk om de invloed ervan in de zogenaamde ‘vredesbeweging’ te verminderen, dat wil zeggen de burgerlijke pacifistische vredeslobby (zoals PAX), die de lijn van de Nederlandse regering en de imperialistische allianties waarin Nederland participeert, ondersteunt. De NCPN onthult het imperialistische karakter en het gevaar van imperialistische allianties zoals de NAVO en de EU. De strijd van de Nederlandse arbeidersklasse moet gericht zijn op het terugtrekken van Nederland uit imperialistische allianties, een strijd die wezenlijk verbonden is met de strijd voor het socialisme.

In de strijd voor het socialisme ligt de hoop op een definitief einde aan alle oorlogen. In een samenleving zonder kapitalistische uitbuiting, waar ontwikkeling niet wordt gestuurd door de winsten van monopolies maar door de behoeften van mensen, waar geen ruimte is voor chauvinisme, discriminatie en oorlogszucht, vernietigt het socialisme de oorzaken van imperialistische oorlogen. De strijd voor vrede en de strijd voor socialisme gaan hand in hand.


Commissie Internationaal van het Partijbestuur van de NCPN

  1. www.defensie.nl
  2. www.defensie.nl
  3. www.rijksoverheid.nl
  4. Voor het officiële narratief van de Nederlandse burgerlijke staat over de 'voordelen' van het EU-associatieverdrag met Oekraïne, zie www.rijksoverheid.nl
  5. V.I. Lenin, Het imperialisme als hoogste stadium van het kapitalisme, H.4 (1916)

Wil je een abonnement op Manifest?

Met jullie hulp garanderen we een communistische visie op de actualiteit in Nederland

Manifest is de krant van de NCPN die maandelijks verschijnt. Met Manifest blijf je op de hoogte van de actualiteit en van onze acties. Manifest belicht verschillende aspecten van de strijd in binnen- en buitenland, en publiceert analyses die inzicht bieden in de nationale en internationale ontwikkelingen vanuit een marxistisch-leninistisch perspectief. Neem nu een abonnement op Manifest of vraag een gratis proefabonnement aan.

Abonneer Nu!