Skip navigation
Herdenking Februaristaking

Fascisme: laatste redmiddel van het kapitalisme als ‘polderen’ niet meer werkt

Dit artikel verscheen in de editie van Manifest van dinsdag 4 maart 2025

Foto: NCPN

Over fascisme en de strijd daartegen sprak Gabriel namens de Commissie Antiracisme en Antifascisme in zijn bijdrage op de herdenking van de Februaristaking.

Kameraden, vrienden, familie van stakers en CPN’ers, buurtbewoners en bondgenoten,

Vandaag staan we stil bij de Februaristaking van 1941, die machtige staking van werkende mensen tegen het fascisme en het kapitalisme, tegen de Jodenvervolging en de moordpartijen op onze medemensen.

We doen dit niet in een makkelijke tijd, overal in de wereld is de geest uit de fles wat betreft oorlog, vernietiging en fascisme. Fascisme in Nederland is niet meer een nachtmerrie die ver in de toekomst ligt, maar houdt angstvallig onze gemeenschap bezig.

Ik wil graag beginnen met een kort moment voor de Palestijnse vrijheidsstrijders, die voortdurend hun lichaam en geest bij elkaar proberen te houden tegen de Israëlische seriemoordenaars. Laat hun strijd voor overleving ons machtig inspireren om niet alleen hun ijzeren wil voor een waardig thuisland te laten klinken in ons applaus en gedachten, maar ook hun vermogen om bij elkaar te blijven, elkaar te inspireren en omarmen.

Ook wil ik benadrukken dat het aanhoudende geweld in Syrië, Congo, Sudan en nog veel meer plekken onze solidariteit en actie nodig zullen blijven hebben.

Met mijn bijdrage aan deze historische herdenking wil ik graag een vraag met jullie allen beantwoorden die mij al een decennium bezighoudt: hoe kunnen we het beste de strijd tegen het kapitalisme het fascisme effectief voeren als werkende mensen?

Een hoogst lastige vraag die op meerdere lagen beantwoordt kan worden: van het individu dat vanuit angst en pijn zichzelf isoleert en bitter wordt tegen migranten en ‘de orde’ tot het hoogste geopolitieke niveau van economische concurrentie en oorlogvoering. Waar te beginnen? Uit traditie beginnen communisten altijd met de staat der dingen, ofwel de context waarin fascisme wortel kan schieten en zich als noodzakelijkheid verder kan ontwikkelen: wij bevinden ons momenteel in het tijdperk van het imperialisme, het hoogste stadium van het kapitalisme.

Dat systeem neigt op alle mogelijke manieren naar reactionaire ontwikkelingen omdat er geen andere uitweg meer mogelijk is om de winsten veilig te stellen van het monopoliekapitaal. De wereld is ingedeeld in machtsblokken die door grote monopolies worden gedomineerd en kapitaal wordt internationaal geëxporteerd wat belangen creëert in het buitenland. Ieder land opereert binnen dit systeem, óók de minder politiek en economisch sterke landen. Je kunt het vergelijken met de bekende metafoor van een emmer vol krabben die omhoog proberen te klimmen en elkaar daarin naar beneden drukken. Sommigen lukt het met extreem geweld en druk om bovenop te blijven, anderen wachten op het juiste moment om de ander omver te gooien. Vrede kent dit systeem niet.

Je denkt nu misschien: wat voor rol speelt het fascisme hierin? We hoeven hiervoor eigenlijk alleen maar een korte blik te werpen op de nieuws- en mediabronnen en we zien het vrij snel. Volgens de Telegraaf liet onderzoek van het Clingendael instituut zien dat “de sneuvel en strijd-bereidbaarheid onder Nederlanders snel toeneemt” voor een mogelijke oorlog. We lezen verder dat heftige repressie door instituties en juridische vervolging van demonstranten al jaren toeneemt, politiegeweld, wetten die privacy en vrije vereniging, vrije meningsuiting en demonstratie inperken worden steeds verder uitgebreid. Alle politieke partijen in de Tweede Kamer, ja écht allemaal, van SP tot FVD, hebben meegestemd voor méér oorlog en vernietiging en geld naar defensie. Tegelijkertijd lezen we dat de zorg, de culturele sector en het onderwijs mogen inleveren. Defensie krijgt rond de 35 miljard extra. Je mag gaan vechten voor de winsten van mensen in pakken die je nooit van je leven zult tegenkomen en je moet vooral je mond houden en niet denken dat je recht hebt op een goed leven. Dát, beste kameraden, is mensen klaarstomen voor fascisme. Kunnen en mogen wij dat laten gebeuren?

Fascisme, het meest openlijke en repressieve terrorisme van het kapitaal tegen de werkende bevolking, is namelijk het laatste redmiddel van het kapitalisme als normaal ‘polderen’ niet meer werkt. Maar we zijn er ook nog niet, anders hadden we elkaar niet mogen zien zoals vandaag. Zodra ons verzet toeneemt, versnelt de noodzaak van het kapitaal naar fascisme aanzienlijk! In Oekraïne wordt de dreiging van fascisme aan de Russische kant gebruikt om hun militaire operatie goed te keuren, terwijl ze rijkelijk rekruteren uit ‘groot-Russische’ fascistenclubs voor het leger. Aan de Oekraïense kant worden binnen- en buitenlandse fascisten als kanonnenvoer en stoottroepen gebruikt door de NAVO en de EU.

In Nederland worden fascistische ideeën genormaliseerd ter verdediging van ‘de natie’ ‘Nederland voor de Nederlanders’ en tegen ‘woke propaganda’. De grens tussen het midden en extreemrechts vervaagt niet omdat er verrechtsing plaatsvindt, maar omdat er wordt bezuinigd op alles wat geld kost voor menselijke noodzaak of deze dingen worden geprivatiseerd. Aan de andere kant is er steeds meer politieke repressie nodig om het verzet van de mensen hiertegen te onderdrukken.

Op de vraag aan leden van het kabinet of ze hun kinderen naar het front zouden sturen, werd uiteraard niet gereageerd.

Het antifascisme van de Februaristaking was niet voor niets door de communisten georganiseerd, en niet door de vakbond, sociaaldemocratie of andere politieke groepen. Dit kwam doordat de communistische beweging op internationaal en nationaal vlak wist dat het fascisme gesteund werd door het grootkapitaal, in Nederland voornamelijk de grote monopolies Shell, Philips, de voorganger van de ABN-AMRO, Heineken, de NS, Unilever en nog vele anderen. Die bedrijven zijn nooit gestraft want dat zou de wederopbouw na de oorlog beperken. Na de oorlog hebben ze overigens meteen geïnvesteerd in de rekolonisatie van Indonesië onder leiding van de PVDA regering van Willem Drees en Schermerhoorn. Weet u nog? Die figuren die de verzorgingsstaat moesten opbouwen om een communistische overname te voorkomen? De strijd tegen fascisme is er een tegen het kapitalisme. Laat dat duidelijk zijn!

Goed, fascisme is dus een product van het kapitalisme en niet iets aparts, zoals sommigen op links willen geloven. Maar dat zegt nog niet heel veel over hoe we dan moeten strijden tegen het opkomend fascisme binnen een kapitalisme dat weinig uitwegen meer ziet om de winsten van het kapitaal te garanderen. De NCPN en CJB zien in de huidige omstandigheden dat de strijd tegen politieke repressie en de nu toch echt in volle vaart toegenomen militarisering van de Nederlandse economie belangrijke mogelijkheden voor politieke strijd. Zoals de CPN toen streed tegen het Nederlandse kapitaal en de koloniale onderdrukking, zo vechten wij nu tegen het Nederlandse kapitaal en de oorlogen die worden gevoerd onder de vlag van de NAVO en de EU. Dat doen we door actief te zijn in de gemeenschap waar we wonen, werken en studeren. Onze taak als communisten is om het antifascisme zo toegankelijk mogelijk te maken voor de werkende klasse en de middenstanders die niet op kunnen concurreren tegen de grote monopolies.

In de jaren twintig en dertig van de vorige eeuw werd ook al bediscussieerd hoe we het beste konden vechten tegen het oprukkend fascisme.

Toen werd geconcludeerd dat iedereen ‘ongeacht politieke oriëntatie of organisatie’ zich zou moeten verenigen in eenzelfde front tegen fascisme. Vanzelfsprekend is het een taak voor de partij om zo breed mogelijk te mobiliseren tegen het fascisme, maar het ging hier niet over het breed organiseren van mensen aan de basis, maar om politieke bondgenootschappen met burgerlijke politieke partijen en organisaties. Toentertijd ging het bijvoorbeeld om een bondgenootschap van de CPN en de SDAP, de voorloper van de PVDA, die toen nog grote aanhang in de werkende klasse had. Na de oorlog bleek uit memoires en onderzoek dat de SDAP dacht dat ze een regering mochten gaan vormen onder nazibezetting, dus deden ze mee met het toestaan van nazi-Duitsland allerlei landen bij zich in te lijven en stelden ze alles in het werk om de CPN te dwarsbomen in het vormen van unies van communisten en socialisten tegen het fascisme. Tot een goede samenwerking had het nooit geleid. Uit memoires van de Heineken en Unilever is overigens ook gebleken dat zij voor de oorlog al wisten dat hij eraan zat te komen. Hun reactie was niet het Nederlandse volk waarschuwen, maar hun aandeelhouders gerust te stellen door af te spreken met Hitler dat hun industrie niet aangevallen zou worden bij een inval. Ze mochten biertjes tappen en boter smeren voor de Duitse oorlogsmachine. Dat zijn dezelfde mensen die je nu wijs proberen te maken dat je je leven moet geven voor de militaire industrie.

Totale waanzin!

Voor de CPN werd het dan ook al snel duidelijk dat een bondgenootschap met politieke groepen die dit soort kapitalisten politiek ‘binnenboord’ wilde houden onhoudbaar was. Ze zou zich, met name rond 1937-1938 meer gaan richten op de maatschappelijke positie van potentiële bondgenoten dan op politiek lidmaatschap. Dat doen we nu weer. Onze focus ligt volledig op de werkende klasse en de kleine ondernemers die niets te winnen hebben bij het grootkapitaal. Paul de Groot zei het zo op een bijeenkomst in de RAI in de jaren zestig: “onder de werkende klasse verstaan wij iedereen die niet een vinger in de pap heeft bij de AMRO, de ABN, de Shell en Philips – al dat soort mammoets die onze wereld heden ten dagen teisteren!”

Voordat ik naar de afsluiting ga wil ik nog stilstaan bij een iets kleinschaliger fenomeen. Mensen zijn bang en onzeker. Heel veel angst en onzekerheid domineert het politieke gesprek, maar ook dat tussen mensen. Veel mensen dragen bij aan het gevaarlijke politieke klimaat door het onderdrukken van die angst. Angst en onzekerheid hebben - of ze onderdrukken - is niet hetzelfde. Het onderdrukken van deze nare gevoelens is namelijk wat fascistische manieren van denken produceert; angst en onzekerheid zelf zijn helemaal niet reactionair. Sterker nog, ze zijn heel erg menselijk en helpen ons begrip te krijgen voor een wereld die steeds vijandiger wordt.

Als communisten hebben we ook angsten, en drukken we die soms ook weg door te zeggen dat we het allemaal theoretisch prima kunnen uitleggen wat er gebeurt. Nu wil ik hiermee niet zeggen dat dit eenzelfde soort angst is, maar wat we moeten voorkomen is dat we blind worden voor de angst en onzekerheid van de mensen waarvoor we willen optreden. Willen we ons als militanten van de communistische partij effectief in kunnen zetten, dan is het van de hoogste taak dat we intern én extern deze onzekerheid weten te omarmen als een waardevolle boodschap. Een boodschap dat een wereld zonder uitbuiting en oorlog, van vrede tussen mensen, mogelijk is. De partij en beweging vervullen daarin een plicht om gevoelig en flexibel om te gaan met mensen die die angst en onzekerheid voelen, en het vooral niet uit de weg te gaan, maar een opening te bieden voor een andere conclusie, een conclusie van omarming en geduld, aandachtigheid en warmte.

Ché Guevara zei het zo: “De werkelijke revolutionair wordt geleid door grootse gevoelens van liefde”.

Laten we samen niet alleen vechten tegen het kapitaal, maar ook tijd maken voor reflectie en verbinding.

Alleen zo, kunnen we die strijd ook volhouden!

Wil je een abonnement op Manifest?

Met jullie hulp garanderen we een communistische visie op de actualiteit in Nederland

Manifest is de krant van de NCPN die maandelijks verschijnt. Met Manifest blijf je op de hoogte van de actualiteit en van onze acties. Manifest belicht verschillende aspecten van de strijd in binnen- en buitenland, en publiceert analyses die inzicht bieden in de nationale en internationale ontwikkelingen vanuit een marxistisch-leninistisch perspectief. Neem nu een abonnement op Manifest of vraag een gratis proefabonnement aan.

Abonneer Nu!