Een krant als de Telegraaf schreeuwde twee weken geleden in chocoladeletters: er is een feest van economisch herstel aangebroken! Na de deceptie van de financiële crisis van 2008, die maar een enkele econoom zag aankomen, zijn grafieken met huidige en toekomstige economische ontwikkelingen weer helemaal 'hot' in de media. Makers van economische rekenmodellen worden weer volledig omarmd. Veel Nederlanders hunkeren immers naar een optimistisch verhaal, nu de corona-nachtmerrie op zijn einde lijkt te lopen.
Er was, ondanks lockdown en andere maatregelen tegen Covid-19, sprake van een gemiddelde waardestijging van 16,8 procent van de aandelen op de Amsterdamse beurs in de laatste zes maanden. Gedurende de gehele periode van de coronapandemie kende Nederland het laagste aantal faillissementen in 21 jaar. Het ene na het andere jaarverslag dat bedrijven nu publiceren over 2020, rept van een opvallend stabiele, en vaak ook hogere, winst. Van verschillende kanten, zoals het FD en websites over beleggen, komen berichten dat er het komende jaar een vloedgolf aankomt van extra hoge dividenduitkeringen. Een kritische econoom rept in FD zelfs van 80 miljard euro extra dividend dat dit jaar in de zakken en kluizen van de 'couponknippers' verdwijnt.
Maar het ogenschijnlijke goede economische nieuws zit niet alleen aan de kant van de aandeelhouders en de eigenaren van bedrijven. De krapte op de arbeidsmarkt maakt de onderhandelingspositie van nieuw aantredende werknemers relatief gunstig ten opzichte van enige jaren geleden. Nu is het als individu mogelijk te shoppen bij lonkende werkgevers in bepaalde sectoren, zoals de horeca en de zorg. Zzp'ers en jobhoppers zijn bij de start van een nieuwe baan in staat beduidend hogere uurtarieven en uurlonen binnen te halen dan voorheen. Hiertegen steekt de strijdbaarheid van de FNV, met een centrale looneis van vijf procent, wat bleekjes af.
Maar dit goede nieuws van de arbeidsmarktkrapte laat nog geen breuk zien in ontwikkeling van de arbeidsinkomensquote (aiq), Het aiq laat zien dat het aandeel kapitaal ten opzichte van arbeid zeer sterk gegroeid is sinds het Akkoord van Wassenaar, dat de sociaaldemocraat Wim Kok realiseerde in 1981. De hervormingsdoelstellingen m.b.t. de Europese arbeidsmarkt (EU), opgesteld in 2000 met name door sociaaldemocraten geleide regeringen, zijn in Nederland grotendeels gehaald (Lissabon Strategie 2010/2020). De rol van de Europese Centrale Bank (ECB), die in de beginjaren mede door PvdA-er Wim Duisenberg werd uitgetekend en geleid, doet haar werk. Deze financiële 'bezemwagen' strijkt de zichtbare oneffenheden in de EU-kapitaal- en arbeidsmarkt glad met obligaties en rente-wijzigingen.
Gaan de sociaalliberalen van VVD, D66 en GroenLinks nu het succes oogsten van een 'realistisch en proactief' economisch beleid van een EU-apparaat, dat in essentie door de sociaaldemocraten is opgetuigd? Of is dit 'herstel-sprookje' vooral een branddeken, die het smeulende bewustzijn van de werkende klasse over de steeds duidelijker wordende kapitalistische crisis van overproductie, moet helpen voorkomen op te vlammen?
Sociaalliberalen kunnen de sociaaldemocraten dankbaar zijn
Wat in deze economische coronadip vooral tot opzienbarende en gevierde successen heeft geleid is de NOW-regeling. Het garanderen van de lonen van werknemers en zzp'ers bij omzetverlies, wordt algemeen gezien als dé redding van de economie van Nederland in deze Covid 19-pandemie. Maar nu blijkt deze regeling vooral ook de inkomsten van kapitalisten gegarandeerd te hebben, gezien de stabiele winstgevendheid van de ondernemingen gedurende de pandemie en daarmee ook het hoge dividend op aandelen dat uitgekeerd kan worden aan aandeelhouders.
De NOW-regeling is niet een nieuwe Nederlandse uitvinding. Onder leiding van de sociaaldemocraat Gerhard Schröder nam het Duitse parlement in 2001 de wet aan van het 'Teilzeit- und Befristungsgesetz' (TzBfG). Daarmee had de Duitse staat een financieel instrument in handen, waarmee ondernemers het ondernemersrisico van ongelijke omzet kunnen wegmasseren richting overheidssteun én tegelijkertijd de werknemers in die bedrijven aan het werk houden als er minder werk is.
Want de NOW-regeling is niet zoals het gepresenteerd wordt door de huidige regering, een reddingsboei voor de werkenden, maar voor de kapitalisten. Net zoals Schröders hervorming van de Duitse arbeidsmarkt en sociale zekerheid nu algemeen erkend wordt als hét beleid, dat de successen van het Duitse kapitaal en zijn macht over de EU mogelijk maakten. Zie daarvoor onder meer de analyses van de Belgische econoom Henri Houben.
Een uniek staaltje sociaaldemocratisch win-win-gevoel opwekken was die Duitse wet en is de Nederlandse NOW-regeling. Waarbij qua omvang de 'winst' bij de werknemers in geen verhouding staat tot de 'winst' van de eigenaren van die onderneming. Want er is een groot verschil, inherent aan het kapitalisme, tussen wat iemand kan verdienen, die aangewezen is op de verkoop van zijn of haar arbeidskracht, én de kapitaalbezitter die verdient dankzij het investeren van dat kapitaal van eerdere generaties familieleden [bijvoorbeeld verkregen uit slavenhandel en uitbuiting van Nederlandse arbeiders, nvdr]. Dat proces maakt Thomas Pikkety inzichtelijk met de berekeningen van historische data over vermogens en investeringen.
De NOW-regeling is géén gratis geld dankzij de ECB. Het is een schuld die naar komende generaties wordt doorgeschoven. Het weghalen van een collectief vangnet, door privatiseren en individualiseren van de sociale zekerheid, heeft uitstekend gewerkt om ook het idee weg te masseren, dat er sprake is van een collectief (de kapitalistenklasse), dat met kapitalistische uitbuiting de winsten eerder opgestreken heeft. Dáár aanspraak op maken om de crisissen uit te betalen is de juiste politieke eis van de werkende klasse. Nu zijn, dankzij de ECB, ook de kosten van Covid-19 geplaatst op de schouders van diezelfde werkende klasse, net zoals de sociale zekerheid.
'Nieuwe sturing' als kroon op het werk van de neoliberalen
Men kan het de kapitalisten nageven: een crisis snel en efficiënt gebruiken om de posities te verstevigen, zit stevig in hun genen. Naomi Klein ontleedde dat in haar boek uit 2007 als 'The Shock Doctrine'. Het instrumentarium van de kapitalistische staat om de economie bij te sturen is in de tweede helft van de vorige eeuw flink uitgebreid. Voor het leren gebruiken van dit instrumentarium, voordat nu ook de werkenden in de westerse landen ermee te maken krijgen, is er flink getest bij economische en financiële crisissen in Latijns-Amerika en Azië. Kritische sociaaldemocraten, zoals van de SP en soms binnen de PvdA zien vanuit deze experimenten een speciaal soort kapitalisme opdoemen: het neoliberalisme. Maar zij verzwijgen, nu ze weer een links geluid proberen te laten horen, hun onmiskenbare rol als medebouwers aan dit systeem.
Er zijn al uitspraken in de media gedaan waarmee nu ook de VNO-NCW en deVVD openlijk afscheid nemen van dit 'neoliberalisme'-model. Rutte en c.s. spreken over de noodzaak van de staat die steviger ingrijpt in de economie. Maar schijn bedriegt: de neoliberale politieke visionairs als Reagan en Thatcher spraken wel van de noodzaak van een kleinere staat, maar daarmee bedoelden ze vooral de 'grote' (lees: gunstige) arbeidsvoorwaarden van ambtenaren en werknemers in staatsbedrijven (mijnen, post, havens, vervoer, etc.). In werkelijkheid ontstonden, met verwijzing naar de ideeën van het neoliberalisme in Nederland en Europa vooral 'waakhonden' zoals de Autoriteit Consument en Markt (ACM) en de ECB, die juist méér en actiever bijstuurden op de ontwikkelingen in de kapitaal- en arbeidsmarkt, dan dat de kapitalistische staat deed in het grootste gedeelte van de vorige eeuw.
Een kapitalistische crisis van overproductie
Veel burgerlijke economen claimen bij elke goed doorstane conjunctuurdip, steeds opnieuw de overwinning op Karl Marx en zijn 'foute' stelling dat het kapitalisme tot crisissen van overproductie leidt. En dat die crisis leidt tot individueel lijden van de werkende bevolking én van de ondergang van enkele kapitalisten, die op dat moment in het verkeerde deel van de economie zaten. Dus die kapitalisten die niet tijdig voldoende beschutting hebben gezocht onder de paraplu die het staatsmonopoliekapitalisme anno 2021 biedt.
Er klinkt vaak een vorm van ontzag door in de analyses van burgerlijke economen voor de Chinese Communistische Partij (CCP) die tot nu toe steeds succesvol ingrijpt bij het gevaar van overproductie en daarmee China ook een economische en politieke crisis bespaart. Soms lijkt het erop dat er wordt geopperd dat als de CCP kan bijsturen bij crisissen van overproductie, een EU onder Ursala van der Leyen en de VS onder Joe Biden dat ook zouden moeten kunnen.
Maar deze wensdromers worden ruw gewekt door de harde data van het economisch onderzoek. Er is een groot overschot aan kapitaal in de kernlanden van het westers imperialisme, waaronder Nederland. Tegelijkertijd is er een dalende trend van rendement op dat kapitaal in de reële economie. Er zijn kleine, weinig relevante niches die wél hoge rendementen mogelijk maken op geïnvesteerd kapitaal. Zoals het bitcoin-piramidespel en andere vormen van tijdelijk opgeblazen winstgevendheid als bij TakeAway van de rijzende ondernemers-ster Tjitske Groen, dat tijdelijk hoge provisies kan eisen aan restaurants voor het bezorgen van maaltijden.
Maar over de hele linie van de economie van de EU staat het rendement uit daadwerkelijk productieve economische bedrijvigheid onder druk. Dat laten tal van economische onderzoeken zien. De groei van arbeidsproductiviteit in Nederland, ondanks de ICT-sprookjes die erover verteld worden rond thuiswerken, heeft een paar jaar geleden een dalende lijn ingezet.
Het beleid rond de Covid 19-pandemie heeft de zittende en toekomstige Nederlandse regering van sociaalliberalen goede rapportcijfers van kapitalisten, in binnen en buitenland, opgeleverd. Gezien de dalende trends bij veel economische kerncijfers, die juist groei zouden moeten laten zien om structureel in het voordeel van de kapitalisten te zijn, maakt de toekomst veel minder rooskleurig. Daarbij is vooral de vraag of de Nederlandse werknemer bij het voelen van de pijn van de afbetaling van de gecollectiviseerde NOW-schuld, vergeten is dat er óók grote profiteurs waren? En of de werkende klasse zich ervan bewust wordt dat een crisis van overproductie een systematisch effect van het kapitalisme is, omdat het wéér niet voorkomen is door de sociaaldemocraten?
Welke antwoorden er op die vraag gegeven kunnen worden, hangt onder meer af van het proletarisch geheugen en de daadkracht van de vakbeweging. En van een NCPN die zichzelf blijft versterken, qua analyses en aantal leden.
Wil je een abonnement op Manifest?
Met jullie hulp garanderen we een communistische visie op de actualiteit in Nederland
Manifest is de krant van de NCPN die tien keer per jaar verschijnt. Met Manifest blijf je op de hoogte van de actualiteit en van onze acties. Manifest belicht verschillende aspecten van de strijd in binnen- en buitenland, en publiceert analyses die inzicht bieden in de nationale en internationale ontwikkelingen vanuit een marxistisch-leninistisch perspectief. Neem nu een abonnement op Manifest of vraag een gratis proefabonnement aan.
Abonneer Nu!